De reuzenalbatros is de grootste zeevogel. Hij heeft een vleugelspanwijdte van zo'n 3,5 m. Om de lucht in te komen, heeft hij een lange aanloop nodig. Albatrossen brengen vrijwel hun hele leven door in de lucht. Alleen om te broeden gaan ze aan land op eilanden nabij de Zuidpool. Daar broeden ze elke twee jaar slechts één ei uit. Het jongen wordt maandenlang door de ouders van voedsel voorzien.