Les 4: Bijvoeglijk naamwoorden
1 / 40
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Wat is in deze zin het juiste vorm van "blond":
La fille ..............
La fille ..............
A
blond
B
blonde
C
blonds
D
blondes
Slide 17 - Quizvraag
Wat is in deze zin het juiste vorm van "Nederlands":
Le garçon ..............
Le garçon ..............
A
hollandaise
B
hollandais
C
hollandai
D
hollandaises
Slide 18 - Quizvraag
Wat is in deze zin het juiste vorm van "gemeen":
les chiens ..............
les chiens ..............
A
méchant
B
méchante
C
méchants
D
méchants
Slide 19 - Quizvraag
Wat is in deze zin het juiste vorm van "blauw":
Les chaussettes ..............
Les chaussettes ..............
A
bleue
B
bleu
C
bleues
D
bleus
Slide 20 - Quizvraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De Nederlandse meisjes
De Nederlandse meisjes
Slide 21 - Open vraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De grijze baard:
De grijze baard:
Slide 22 - Open vraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De gele banaan
De gele banaan
Slide 23 - Open vraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De sportieve vrouwen
De sportieve vrouwen
Slide 24 - Open vraag
Kies het juiste antwoord:
De kleine jongens
De kleine jongens
A
Les garçons petits
B
Les petite garçons
C
Les petits garçons
D
Les garçons petit
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Tekstslide
Kies het juiste antwoord:
Het mooie meisje
Het mooie meisje
A
La joli fille
B
La jolie fille
C
La fille jolie
D
La fille joli
Slide 27 - Quizvraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De zwarte mobiel
De zwarte mobiel
Slide 28 - Open vraag
Wat is in deze zin het juiste vorm van "blond":
La fille ..............
La fille ..............
A
blond
B
blonde
C
blonds
D
blondes
Slide 29 - Quizvraag
Wat is in deze zin het juiste vorm van "Nederlands":
Le garçon ..............
Le garçon ..............
A
hollandaise
B
hollandais
C
hollandai
D
hollandaises
Slide 30 - Quizvraag
Wat is in deze zin het juiste vorm van "gemeen":
les chiens ..............
les chiens ..............
A
méchant
B
méchante
C
méchants
D
méchants
Slide 31 - Quizvraag
Slide 32 - Tekstslide
Wat is in deze zin het juiste vorm van "blauw":
Les chaussettes ..............
Les chaussettes ..............
A
bleue
B
bleu
C
bleues
D
bleus
Slide 33 - Quizvraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De Nederlandse meisjes
De Nederlandse meisjes
Slide 34 - Open vraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De grijze baard:
De grijze baard:
Slide 35 - Open vraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De gele banaan
De gele banaan
Slide 36 - Open vraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De sportieve vrouwen
De sportieve vrouwen
Slide 37 - Open vraag
Kies het juiste antwoord:
De kleine jongens
De kleine jongens
A
Les garçons petits
B
Les petite garçons
C
Les petits garçons
D
Les garçons petit
Slide 38 - Quizvraag
Kies het juiste antwoord:
Het mooie meisje
Het mooie meisje
A
La joli fille
B
La jolie fille
C
La fille jolie
D
La fille joli
Slide 39 - Quizvraag
Vertaal in het Frans (je mag de stencil gebruiken en de woordenlijst uit je boek!!):
De zwarte mobiel
De zwarte mobiel
