HC Duitsland 4.1.1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

   Welkom!

Brain dump

- Wat? Schrijf zoveel mogelijk op wat je weet over Duitsland en de Eerste Wereldoorlog

- Hoe? Alleen en in stilte

- Hulp? Geen.

- Duur? 2 minuten

Programma

• Introvideo
• Brain dump Duitsland en Eerste Wereldoorlog
  
• Introductie HC Duitsland (1918-1991)
• Uitleg HC Duitsland 4.1 leerdoel 1-2 
• 4.1 opdracht leerdoel 3-4
• Uitwisselen en nabespreking
• Weektaak 
  
• Afsluiting

Historische contexten

• Verdieping van historisch onderwerp a.d.h.v. 3 leidende vragen.
• Elke paragraaf behandelt een leidende vraag.
• Kenmerkende aspecten.

HC1 - Steden en burgers in de Lage Landen (1050-1700)

HC2 - De Verlichting (1650-1900)

HC3 - China (1842-2001)*

HC4 - Duitsland in Europa (1918-1991)

* kenmerkende aspecten aan andere tijdvakken gekoppeld.

HC4 - Duitsland (1918-1991)

Leidende vragen

1. Wat leidde tot de opkomst van het nationaalsocialisme en welke 

gevolgen had dit voor Duitsland en Europa (1918-1945)?

2. Hoezeer beïnvloedde het ontstaan en het verloop van de Koude 

Oorlog de geschiedenis van Duitsland na de Tweede 

Wereldoorlog (1945-1961)?

3. Wat verklaart de hereniging van de beide Duitslanden en hun 

succesvolle integratie in Europa (1961-1991)?

4.1 Van de Eerste naar de Tweede Wereldoorlog

37. De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.

38. Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme/nationaalsocialisme.

39. De crisis van het wereldkapitalisme.

40. Het voeren van twee wereldoorlogen.

41. Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden.

42. De Duitse bezetting van Nederland.

Leerdoelen 4.1

1. Ik kan uitleggen waarom Duitsland in de periode 1918-1920 te maken kreeg met politieke chaos en ik kan die chaos beschrijven.

2. Ik kan met behulp van zowel binnenlandse als buitenlandse oorzaken verklaren waarom het niet lukte om tussen 1919 en 1933 van Duitsland een stabiele parlementaire democratie te maken.

3. Ik kan de bepalingen uit het Verdrag van Versailles beschrijven op territoriaal, militair en financieel gebied.

4. Ik kan uitleggen dat de bepalingen in het Verdrag van Versailles voor Duitsland volgens veel mensen onredelijk waren.

Opdracht Verdrag van Versailles

- Wat? Verbeter stellingen. Twee routes: met en zonder boek

- Hoe? Alleen en in stilte

- Hulp? Geen

- Klaar? Weektaak

- Duur? 10 minuten (daarna uitwisselen)

Opdracht Verdrag van Versailles 

Twee routes: zonder boek, met boek (p339)

Verbeter de volgende stellingen over het Verdrag van Versailles.

1) Duitsland verloor grondgebied aan Denemarken, Nederland, Frankrijk,  Hongarije, Litouwen en Tsjechoslowakije.

2) De koloniale bezittingen werden mandaatgebieden geregeerd door Spanje en Frankrijk.

3) Het Duitse leger mocht uit maximaal 1.000.000 vrijwilligers bestaan.

4) Duitsland mocht geen vloot hebben en slechts een beperkt aantal vliegtuigen.

5) Duitse soldaten mochten zich niet in het grensgebied met Polen begeven. 

6) Duitsland en Frankrijk moesten gezamenlijk herstelbetalingen van 132 miljard goudmark voldoen om de aangerichte schade in Duitsland, Frankrijk en België te vergoeden.

7) Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland voerden gezamenlijke vredesonderhandelingen. De Verenigde Staten waren niet uitgenodigd.

Aan de slag

- Wat? Vragen stellen/ met weektaak aan de slag

- Hoe? Alleen en in stilte.

- Hulp? Docent

- Klaar? Herhaal stof of werk leerdoelen uit.

Leerdoelen 4.1

1. Ik kan uitleggen waarom Duitsland in de periode 1918-1920 te maken kreeg met politieke chaos en ik kan die chaos beschrijven.

2. Ik kan met behulp van zowel binnenlandse als buitenlandse oorzaken verklaren waarom het niet lukte om tussen 1919 en 1933 van Duitsland een stabiele parlementaire democratie te maken.

3. Ik kan de bepalingen uit het Verdrag van Versailles beschrijven op territoriaal, militair en financieel gebied.

4. Ik kan uitleggen dat de bepalingen in het Verdrag van Versailles voor Duitsland volgens veel mensen onredelijk waren.