4.3 4.4 De Franse Revolutie

Wat droeg niet bij aan de centralisatie van Lodewijk XIV?
A
Het paleis van Versailles
B
Géén godsdienstvrijheid
C
De standensamenleving
D
Professionele belastinginners
1 / 20
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat droeg niet bij aan de centralisatie van Lodewijk XIV?
A
Het paleis van Versailles
B
Géén godsdienstvrijheid
C
De standensamenleving
D
Professionele belastinginners

Slide 1 - Quizvraag

Wat is het droit divin?
A
God wijst de vorst aan
B
Het volk wijst de vorst aan

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de Verlichting?
A
Een nieuwe manier van denken
B
Een ander woord voor wetenschappelijke revolutie
C
De Renaissance

Slide 3 - Quizvraag

Empirisme of rationalisme?
Ik observeer 100 zwarte kraaien. Conclusie: alle kraaien zijn zwart
A
Empirisme
B
Rationalisme

Slide 4 - Quizvraag

De Franse Revolutie

Slide 5 - Tekstslide

Doelen
Aan het einde van de les kun je:
  • de oneerlijkheid van de Franse standen-samenleving uitleggen
  • verklaren waarom de stemming in de Staten-Generaal oneerlijk is
  • het verband tussen Verlichtingsidealen en de democratische revoluties uitleggen.
  • uitleggen waarom de Jacobijnen aan de macht kwamen. 

Slide 6 - Tekstslide

Problemen
  • Grote problemen in Frankrijk, 18de eeuw:
  • 1. Ongelijkheid (standensamenleving)
  • Bourgeoisie moet grootste deel belastingen betalen
  • 2. Financiële problemen:
  • Oorlogen van Lodewijk XIV, feesten, leningen
  • 3. Misoogsten
  • Hongersnood en stijgende broodprijs
  • 4. Verlichting
  • Groeinde kritiek op absolutisme

Slide 7 - Tekstslide

Problemen
  • 1788: Lodewijk XVI komt in financiële problemen door Amerikaanse Revolutie
  • Lodewijk roept Staten Generaal bij elkaar om belasting te verhogen
  • Uit heel Frankrijk komen 1200 vertegenwoordigers naar Versailles:
  • 1ste stand: 300 (voor 100.000 geestelijken)
  • 2de stand: 300 (voor 400.000 adel)
  • 3de stand: 600 (voor 4.5 miljoen burgers)
  • Stemmingen zijn niet per hoofd maar per stand...  

Slide 8 - Tekstslide

Revolutie
  • 17 juni 1789: 3de Stand verlaat SG en roept Nationale Vergadering uit
  • 20 juni: Eed op de Kaatsbaan --> moet een nieuwe grondwet komen
  • Uit angst dat koning leger inzet grijpt men in Parijs naar de wapens: 
  • 14 juli 1789: Bestorming van de Bastille
  • Lodewijk XVI legt zich neer bij verlies
  • Nationale Vergadering schaft privileges feodalisme af + Verklaring voor rechten van mens en burger

Slide 9 - Tekstslide

Wat droeg niet bij aan de centralisatie van Lodewijk XIV?
A
Het paleis van Versailles
B
Géén godsdienstvrijheid
C
De standensamenleving
D
Professionele belastinginners

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het droit divin?
A
God wijst de vorst aan
B
Het volk wijst de vorst aan

Slide 11 - Quizvraag

Empirisme of rationalisme?
Het is niet logisch dat een bovennatuurlijke kracht invloed heeft op ons leven
A
Empirisme
B
Rationalisme

Slide 12 - Quizvraag

Wat is géén kenmerk van verlicht absolutisme?
A
God wijst de vorst aan
B
Het volk wijst de vorst aan
C
De vorst investeert in wetenschap
D
De vorst heeft álle macht

Slide 13 - Quizvraag

Welk probleem droeg bij aan het uitbreken van de Franse Revolutie?
A
Absolutisme
B
Amerikaanse Revolutie
C
Standensamenleving
D
Verlichting

Slide 14 - Quizvraag

Doelen
Aan het einde van de les weet je:
  • De vier grote problemen in Frankrijk in de 18de eeuw
  • Waarom de stemming in de Staten-Generaal oneerlijk is
  • Wanneer de Franse Revolutie begint
  • Waarom de jacobijnen aan de macht komen

Slide 15 - Tekstslide

Terreur
  • 1791: Frankrijk wordt constitutionele monarchie
  • Problemen van Frankrijk zijn alleen maar groter geworden: Europese landen verklaren de oorlog
  • Groeiende onvrede leidt tot machtsgreep radicalen Jacobijnen van Robespierre
  • Gevolg: onthoofding koning als burger Lodewijk Capet (1793) en start Terreur
  • Tijdens de Terreur worden 16.000 Fransen onthoofd onder de guillotine

Slide 16 - Tekstslide

Doelen
Aan het einde van de les kun je:
  • Uitleggen waarom het Franse volk opnieuw een absoluut vorst accepteert
  • Het belang van de Code Napoleon uitleggen 
  • Het doel van het Congres van Wenen uitleggen

Slide 17 - Tekstslide

Napoleon
  • Na jaren van Terreur wordt Robespierre zelf onthoofd
  • Om machtsmisbruik te voorkomen krijgen vijf Directeuren de macht (Directoire)
  • Door fraude bij verkiezingen zijn ze echter niet veel populairder dan Robespierre
  • 1799: de populaire generaal Napoleon grijpt de macht na zijn Egyptische veldtocht
  • Dankzij het Continentaal Stelsel en zijn militaire overwinningen verdwijnt de onvrede onder het volk

Slide 18 - Tekstslide

Frans Europa
  • Overige Europese landen worden verslagen en veroverd door Napoleon
  • 1798: Bataafse Revolutie --> stadhouder Willem V vlucht
  • Bataafse Republiek moet naar Frankrijk luisteren
  • 1804: keizer Napoleon
  • Bataafse Republiek ontwijkt Continentaal Stelsel: broer Napoleon wordt koning
  • Alle veroverde gebieden voeren Code Napoleon en burgerlijke stand in

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link