VMBO 2 par 3.3 hoe is het geregeld

Welkom  
economen!
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom  
economen!

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3
Aan het werk?

3.1 Hoe kom je aan werk?
3.2 Wie is de baas?
3.3 Hoe is het geregeld?
3.4 Zonder werk?

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 3



§3.3 Hoe is het geregeld

Slide 3 - Tekstslide

Vandaag
1. Doelen vandaag
2. Doornemen §3.3
3. Zelfstandig werken
4. Reflectie en afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Vorige les
  • Werknemer/Werkgever
  • Proeftijd
  • Arbeidsovereenkomst
  • Soorten banen 

Slide 5 - Tekstslide

Doelen vandaag
  • Je weet voor wie een CAO geldt en wat erin geregeld is
  • Je kunt met gegeven informatie het nettoloon berekenen
  • Je weet hoe in de wet het minimumloon geregeld is
  • Je weet welke wetten jou als werknemer kunnen beschermen 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Aan het werk!!
6.1 opgaven 2, 4, 6
herhaling blz 178 opg. 1 t/m 4

Leren begrippen 6.1
Aan het werk!!
            Maken samenvattende vragen (SV) par. 3.3 opdr. 20 t/m 25


            Wat vond jij van de lesstof?
                                                          lastig          of              makkelijk
1
2
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Arbeidsovereenkomst
  • CAO = Collectieve Arbeidsovereenkomst
       een overeenkomst voor een hele bedrijfstak
  • Bedrijfstak = groep gelijksoortige bedrijven

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Bruto loon en Netto loon
  • Bruto loon = salaris dat je verdient, dat in je overeenkomst staat
  • Werkgever houdt loonbelasting en premies in

  • Netto loon = salaris dat je op je rekening gestort krijgt

  • Bruto = wat je verdient    Netto = wat je krijgt

Slide 11 - Tekstslide

€ 3.500,-
Brutoloon

Slide 12 - Tekstslide

€ ............
€ 900,-
€ 300,-
€ 3.500,-
Brutoloon
Nettoloon = brutoloon - loonbelasting - sociale premies =

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld Bruto en Netto loon
Formule:
 Netto loon =    Bruto loon -  ( loonbelasting + premies)
Voorbeeld
Bruto loon = € 1900
Loonbelasting = €170       Sociale premies = €100

  • Netto loon = 1900 - (170 + 100) = € 1630

Slide 14 - Tekstslide

Wetten
Wetten die werknemers beschermen
  • Arbowet
    gezonde en veilige werkomgeving


  • Arbeidstijdenwet
    werk- en pauze tijden

Slide 15 - Tekstslide

Jong en werken?
Minimumloon vanaf 23 jaar
Minimumjeugdloon tot 23 jaar
www.scholieren.nibud.nl   

Slide 16 - Tekstslide

Aan het werk!!
6.1 opgaven 2, 4, 6
herhaling blz 178 opg. 1 t/m 4

Leren begrippen 6.1
Aan het werk!!
            (af) maken samenvattende vragen (SV) par. 3.3 opdr. 20 t/m 31


            Wat vond jij van de lesstof?
                                                          lastig          of              makkelijk
1
2

Slide 17 - Tekstslide

Samenvatting
  • Collectieve arbeidsovereenkomst
  • Bruto en Netto loon
  • Arbowet en Arbeidstijdenwet
  • Minimumloon

Slide 18 - Tekstslide

Oefenen
Lees de theorie van de les nog eens goed door en maak daarna de vragen van  deze lesson up.
Succes!

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een CAO?
A
Centrale Arbeidsovereenkomst
B
Collectieve Arbeidsonderneming
C
Centrale Arbeidsonderneming
D
Collectieve Arbeidsovereenkomst

Slide 20 - Quizvraag

wat is CAO?
A
afspraken over de Arbeidsvoorwaarden
B
ingeschreven staan bij het UWV
C
redenen om te willen werken
D
een bedrijf die daklozen helpt aan werk

Slide 21 - Quizvraag

Voor wie geld een CAO?
A
iedereen binnen een bedrijfstak
B
alle werknemers van NL
C
iedereen van een bepaald bedrijf

Slide 22 - Quizvraag

Als de overheid de belastingen verlaagt?
A
dan stijgt het bruto loon
B
dan neemt de consumptie af
C
dan stijgt het netto loon
D
dan geef je minder uit

Slide 23 - Quizvraag

Meneer Boet heeft een bruto loon afgesproken met zijn werkgever van €4200. Aan loonheffing en sociale moet meneer Boet € 1500 euro afdragen. Hoeveel is zijn Netto Loon
A
€4200
B
€ 1500
C
€ 2700
D
€ 1700

Slide 24 - Quizvraag

Het geld wat je op de rekening gestort krijgt, dat is je
A
Netto loon
B
Bruto loon

Slide 25 - Quizvraag

Netto loon is
A
bruto loon + loonbelasting + premies
B
bruto loon minus vakantiegeld
C
bruto loon - (loonbelasting+premies)
D
altijd te weinig

Slide 26 - Quizvraag

1) bruto loon is lager dan netto loon
2) tussen bruto en netto loon zitten belastingen en werkgeverspremies
A
beide juist
B
1 juist 2 onjuist
C
1 onjuist 2 juist
D
beide onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Met een tijdelijke baan heb je werk voor?
A
bepaalde tijd
B
onbepaalde tijd
C
altijd
D
zonder proeftijd

Slide 28 - Quizvraag

Netto loon is
A
bruto loon + loonbelasting + premies
B
bruto loon minus vakantiegeld
C
bruto loon - (loonbelasting+premies)
D
altijd te weinig

Slide 29 - Quizvraag

Vanaf welke leeftijd is er sprake van 100% Wettelijk minimumloon
A
21
B
22
C
24
D
23

Slide 30 - Quizvraag

Welke 2 wetten beschermen de werknemers
A
UWV en Arbowet
B
Arbowet en wettelijke gelijkheid
C
Arbowet en Arbeidstijdenwet
D
Arbeidstijdenwet en UWV

Slide 31 - Quizvraag

Met een tijdelijke baan heb je werk voor?
A
bepaalde tijd
B
onbepaalde tijd
C
altijd
D
zonder proeftijd

Slide 32 - Quizvraag

Wat is een CAO?
A
Centrale Arbeidsovereenkomst
B
Collectieve Arbeidsonderneming
C
Centrale Arbeidsonderneming
D
Collectieve Arbeidsovereenkomst

Slide 33 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Het minimumloon is voordelig voor werkgevers.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Deze wet regelt de werk- en rusttijden
A
Arbowet
B
Arbeidstijdenwet

Slide 35 - Quizvraag

Hoe jonger iemand is hoe lager het minimumloon is?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 36 - Quizvraag