In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 6 min
Onderdelen in deze les
Migratie
Slide 1 - Tekstslide
Migratie.... Hoe verlopen de meeste migratiestromen op de wereld?
A
Van zuid (arm) naar noord (rijk)
B
Van noord (rijk) naar zuid (arm)
C
Van noord (rijk) naar noord (rijk)
D
Van zuid (arm) naar zuid (arm)
Slide 2 - Quizvraag
Welk bestemmingsgebied van Indiase migranten in bron 1 past het minst goed in het algemene beeld van de mondiale migratiestromen? Beargumenteer je antwoord.
Slide 3 - Open vraag
Sasha is vanwege de overstroming vertrokken naar Varanasi. Hoe noemen we dit?
A
Ecologische migratie
B
Politieke migratie
C
Sociale migratie
D
Economische migratie
Slide 4 - Quizvraag
Venezolanen gaan met bootjes naar Nederlandse eilanden. Hoe noemen we dit?
A
Ecologische migratie
B
Politieke migratie
C
Sociale migratie
D
Economische migratie
Slide 5 - Quizvraag
Hoe noemen we het, wanneer de familieleden van een man ook naar Nederland komen?
A
Ecologische migratie
B
Politieke migratie
C
Sociale migratie
D
Economische migratie
Slide 6 - Quizvraag
Welk type vluchteling heeft in Europa de meeste kans op asiel?
A
Economische Vluchtelingen
B
Klimaat Vluchtelingen
C
Politieke Vluchtelingen
Slide 7 - Quizvraag
5. Je noemt het ……….. als mensen naar Nederland komen omdat hun man of vrouw hier al woont. Welk woord of welke woorden zijn weggelaten?
Alle hoogopgeleide mensen trekken van oost naar west Duitsland
A
Opleidingsmigratie
B
Braindrain
C
Leegloop
D
Ontgroening
Slide 11 - Quizvraag
Welke voordelen kan een braindrain hebben voor een land van herkomst?
Slide 12 - Woordweb
Braindrain vindt vooral plaats op het platteland of in de stad?
A
Stad
B
Platteland
C
Geen van beide
D
Beide
Slide 13 - Quizvraag
Geldzendingen naar Mexico
Wat is het aandeel van de geldzendingen in BBP?
Slide 14 - Tekstslide
Noem een voordeel voor Nederland van de komst van migranten
Slide 15 - Woordweb
Slide 16 - Tekstslide
Segregatie is goed voor de multiculturele samenleving.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Welk begrip past het beste bij het spreken van een Twents of een Limburgs dialect?
A
Culturele eenheid
B
Regionale verschillen
C
Multiculturele samenleving
D
Allochtonen
Slide 18 - Quizvraag
Sam: 'Mijn vader is geboren in Duitsland, mijn moeder is geboren in Nederland.' Sam is een...
A
Allochtoon
B
Autochtoon
C
Niet-westerse allochtoon
D
Geen van de antwoorden
Slide 19 - Quizvraag
Multiculturele samenleving
Een samenleving waarin meerdere groepen met verschillende culturen met elkaar leven
Slide 20 - Tekstslide
Ali Yildirim werkt bij een Turkse bakker en is lid van de Turkse voetbalclub Türkiyemspor. In zijn vrije tijd zit hij vooral met landgenoten in een Turks koffiehuis. Dit is een voorbeeld van:
A
Assimilatie
B
Integratie
C
Wederzijdse aanpassing
D
Segregatie
Slide 21 - Quizvraag
Zet de volgende begrippen op de juiste plaatsen in bron 15: