In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Vandaag
Welkom
Lezen 1.4
Verschil hoog- en laag-Nederland
Landijs, stuwwallen en zwerfstenen
Kijken naar planner en afsluiten met leerdoelen
Slide 1 - Tekstslide
Geef antwoord op deze vragen
Wat is erosie?
Welke vormen van verwering waren er?
Wat is sedimentatie?
timer
5:00
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Zag je een jong of een oud gebergte?
A
Jong
B
Oud
Slide 5 - Quizvraag
Als het water in een steen bevriest en de steen splijt is er sprake van:
A
Chemische verwering
B
Mechanische verwering
Slide 6 - Quizvraag
Een lage stroomsnelheid hoort bij de
A
benedenloop van een rivier
B
bovenloop van een rivier
C
middenloop van een rivier
Slide 7 - Quizvraag
Bij een hoge stroomsnelheid sedimenteren vooral
A
kleideeltjes
B
zanddeeltjes
C
Grinddelen
Slide 8 - Quizvraag
Verwering
Erosie
Sedimentatie
Slide 9 - Sleepvraag
Korte terugblik 1.3
Waar is de bovenloop, midden en benedenloop?
Waar vindt verwering en erosie vooral plaats?
Waar vindt sedimentatie vooral plaat?
Waar vindt je de grootste verweringsmaterialen (denk aan stenen en grind)?
Wat is de invloed van stroomsnelheid van een rivier op het vervoeren van sedimenten?
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Lezen 1.4 Hoog-Nederland
timer
5:00
Slide 12 - Tekstslide
Lesdoelen 1.4
Je weet wat landijs, stuwwallen en zwerfstenen zijn.
Je kunt op een topografische kaart de kenmerken van Hoog-Nederland herkennen.
Je begrijpt op welke manier de landschappen in Hoog-Nederland zijn ontstaan.
Slide 13 - Tekstslide
Nederland zonder dijken
Hoogte kaart Nederland
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Slide 16 - Tekstslide
Bron: Buitenland, 4e Editie, KGT-2
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Zwerstenen
Toen ooit het ijs weer begon te smelten, bleven er grote stenen achter. De toenmalige bewoners (jagers en boeren) gingen daar grafkamers van maken (bekend als hunebedden)
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Wonen in Hoog-Nederland
Jagers werden boeren
Ze gingen wonen in Hoog-Nederland, maar liepen tegen 2 problemen aan:
Onvruchtbare zandgronden
Veel bossen die gekapt moesten worden
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Wat denk jij? Waarom was hoog-Nederland veel eerder bewoond dan laag-Nederland?
Slide 23 - Open vraag
Wat is landijs? Gebruik in je antwoord ook het woord 'zwerfstenen'.
Slide 24 - Open vraag
Hoe zijn stuwwallen ontstaan?
Slide 25 - Open vraag
Slide 26 - Video
Lesdoelen 1.4
Je weet wat landijs, stuwwallen en zwerfstenen zijn.
Je begrijpt hoe stuwwallen ontstaan zijn en waarom Hoog-Nederland als eerste bewoond werd.
Je kunt op een topografische kaart de kenmerken van Hoog-Nederland aangeven.
Slide 27 - Tekstslide
Waarom was Hoog-Nederland eerder bewoond dan Laag-Nederland?