2M Herhaling H4

H4 Herhaling
Procenten, diagrammen, centrummaten
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H4 Herhaling
Procenten, diagrammen, centrummaten

Slide 1 - Tekstslide

Om een nieuwe prijs te berekenen bij een toename van 3% vermenigvuldig je de oude prijs met.....
A
0,03
B
1,3
C
1,03
D
1,003

Slide 2 - Quizvraag

Toename
Toename van 3%: het nieuwe percentage wordt
100% + 3%=103%

Nieuwe prijs = 1,03 x Oude prijs

Slide 3 - Tekstslide

Om een nieuwe prijs te berekenen bij een afname van 27% vermenigvuldig je de oude prijs met.....
A
0,27
B
1,27
C
0,73
D
1,73

Slide 4 - Quizvraag

Afname
Afname van 27%: het nieuwe percentage wordt
100% - 27%=73%

Nieuwe prijs = 0,73 x Oude prijs

Slide 5 - Tekstslide

Een horloge van € 54, 95 kost met 35% korting (vul het antwoord in zonder € teken)

Slide 6 - Open vraag

Korting = afname
Afname van 35%: het nieuwe percentage wordt
100% - 35%=65%

Nieuwe prijs = 0,65 x Oude prijs
Nieuwe prijs = 0,65 x € 54,95 = € 35,72

Slide 7 - Tekstslide

Een treinkaartje van € 10,50 kost na verhoging € 10,85.
De procentuele toename is
A
3%
B
3,3%
C
3,2%
D
3,1%

Slide 8 - Quizvraag

Procentuele toename of afname
procentuele toename / afname                                                                %

                                                                                                                                  %


= 3,3 %

=Oud(NieuwOud)100
10,50(10,8510,50)100

Slide 9 - Tekstslide

Het verschil tussen een staafdiagram en een histogram is dat bij een histogram de staven los van elkaar staan en bij een staafdiagram aan elkaar
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Staafdiagram
Histogram

Slide 11 - Tekstslide

De sectoren van een cirkeldiagram zijn samen ...
A
180 graden
B
360 graden
C
540 graden
D
90 graden

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de eerste stap voor het maken van een cirkeldiagram?
A
Procenten berekenen
B
Sectoren tekenen
C
Totaal berekenen
D
Hoeken berekenen

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

de punten in een lijndiagram verbind je ...
A
met rechte lijnen tussen de punten
B
met 1 rechte lijn door de hele diagram
C
met mooie kromme lijn door de verschillende punten

Slide 15 - Quizvraag

Waarom is er een titel bij een lijndiagram?
A
Omdat het zegt waar het lijndiagram over gaat
B
Omdat dat er mooi uitziet
C
Omdat dat interessant lijkt
D
Zodat je weet waar elke lijn voor staat

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het gewogen gemiddelde van de leerling hiernaast?
A
6,4
B
6,2
C
6,5
D
6,3

Slide 18 - Quizvraag

Wat is de modus?

Slide 19 - Open vraag

Wat is de modus?
A
0
B
0, 2 en 4
C
Er is geen modus
D
3

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de mediaan?

Slide 21 - Open vraag

Mediaan
Getallen sorteren van laag naar hoog
1 2 3 4 6 67 8 9

Een oneven aantal getallen dus in het midden 6
De mediaan is 6



Slide 22 - Tekstslide