Koninkrijk der Nederlanden

H3.1: Het koninkrijk der Nederlanden
Paragraaf 3.1: Het Koninkrijk der Nederlanden


1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H3.1: Het koninkrijk der Nederlanden
Paragraaf 3.1: Het Koninkrijk der Nederlanden


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De tijd van Burgers en Stoommachines
1800-1900

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het koninkrijk der Nederlanden
1. Overheid bestond vooral uit rijke burgers.
2. Willem I heerste in dit tijdperk.
3. Liberalen hebben de leiding in de overheid.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten kiesrecht:

Actief kiesrecht: recht om te kiezen/stemmen. 

Passief kiesrecht: recht om gekozen te worden 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen van de les
Hoofdvraag: Wat had koning Willem I te maken met de onafhankelijkheid van België?

Lesdoelen:
1. Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen waarom België onafhankelijk wilde worden?
2. Aan het einde van de les weten jullie wat de Nederlandsche Handel-Maatschappij was. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een revolutie?

A
Een (relatief) grote verandering in korte tijd
B
Een gewapende opstand
C
Een moment van realisatie
D
Protesteren tegen de overheid

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het woord industrie?
A
bedrijven bijelkaar
B
verzameling van fabrieken
C
bedrijfstak die zich bezighoudt met de verwerking van grondstoffen tot (half)producten
D
meerdere diensten bijelkaar

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is deze stoommachine zo belangrijk?
A
Machines hadden minder onderhoud nodig en dat scheelde de fabriekseigenaar veel geld.
B
Omdat de stoommachines een vorm van industrie zijn en daardoor industrie op gang komt.
C
De stoommachine zorgt ervoor dat fabrieken milieuvriendelijker worden.
D
Machines hoefden niet meer handmatig worden aangedreven, ze konden nu op een hoger tempo produceren en op een plek.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Koning Willem I
  • Wilde Nederland zo rijk mogelijk maken.
  • Beter vervoer was nodig. 
  • Oprichting Nederlandsche Handel-Maatschappij (NHM).
  • Kanalen, wegen en spoorlijnen aangelegd. 
  • NHM voerde economische plannen uit en voerde zelf handel.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 10 - Video

Vanaf 0.55

België onafhankelijk
  • Veel verschillen tussen Nederland en België (taal). 
  • Belgen ontevreden, Willem I hield geen rekening met ze (taal en godsdienstvrijheid).
  • Rellen in Brussel en Antwerpen. Willem I gebruikt geweld. 
  • Belgen roepen onafhankelijkheid uit. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

België onafhankelijk
  • Vergadering in London, leiders van Europa vinden dat België onafhankelijk moet worden.
  • Willem I was het hier niet mee eens. 
  • Willem I stuurt leger naar België. 
  • Frankrijk dreigt met oorlog.  
  • Willem I liet het leger 7 jaar klaar staan voor een nieuwe aanval. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onafhankelijkheid van België, waar denk je aan?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

België onafhankelijk
  • Leger van Willem I kostte teveel geld. 
  • Nederland dreigt failliet te gaan.
  • Willem I had geen keuze. 
  • 1839: België onafhankelijk. 
  • Sindsdien heet ons land: Koninkrijk der Nederlanden. 
  • Bye bye België

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat was het doel van Koning Willem I voor Nederland?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat deed de Nederlandsche Handel-Maatschappij (NHM)?
A
Het land besturen.
B
Het land verdedigen.
C
Andere landen veroveren.
D
Economische plannen uitvoeren.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem is een voorbeeld van wat de Nederlandsche Handel-Maatschappij deed.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom waren de Belgen in eerste instantie ontevreden?
A
Omdat Nederlands als officiële landstaal werd aangenomen.
B
Omdat er godsdienstvrijheid kwam.
C
Omdat er geweld werd gebruikt tegen de Belgen.
D
De Belgen hadden geen rechten.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Denk logisch na: Waarom zou Willem I niet willen dat België onafhankelijk werd?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies