3. MUZIEK

MUZIEK (en huiswerk)
19 september 2022
Titel: Achterdoek voor het ballet 'de Parade'
Kunstenaar: Pablo Picasso
Jaar: 1917
Techniek: tempera op canvas
Museum: Centre Pompidou 
Stroming: Modernisme
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Kunst AlgemeenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

MUZIEK (en huiswerk)
19 september 2022
Titel: Achterdoek voor het ballet 'de Parade'
Kunstenaar: Pablo Picasso
Jaar: 1917
Techniek: tempera op canvas
Museum: Centre Pompidou 
Stroming: Modernisme

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
  • 10 min - bespreken HW H2
  • 10 min - bespreken HW H3
  • 5 min - vragen H2 en H3

  • 5 min - uitleg H4
  • 10 min - huiswerk maken

Bewaker tijd:

Slide 2 - Tekstslide

Welke uitspraak is op jou van toepassing. Ik heb het huiswerk van H2 en H3
A
Beide gemaakt en bij me
B
Ik heb het gedeeltelijk gemaakt en bij me
C
Ik heb het gemaakt maar niet bij mij
D
Ik heb het niet gemaakt

Slide 3 - Quizvraag

Doelen
  • 10 min - bespreken HW H2
  • 10 min - bespreken HW H3
  • 5 min - vragen H2 en H3

  • 5 min - uitleg H4
  • 10 min - huiswerk maken

Bewaker tijd:

Slide 4 - Tekstslide

klik hier
Beschrijf in deze kolom waar de scene overgaat. Wat voor soort roodkapje is het, wat voor soort wolf? wat zijn de karaktereigenschappen. Waar speelt de scene zich af? 

Een huisje in het bos is heel anders dan het appartement van oma in de bijlmer. Wees creatief!
klik hier
Nu je weet wat voor soort scene het gaat worden kun je de acteurs aanwijzigen gaan wezen. Doe dit voor zowel roodkapje als je wolf. 

Hoe praten ze (stem)? Hoe bewegen ze (lichaam)? Hoe kijken ze (mimiek)? Hoe staan ze ten op zicht van elkaar op het podium (mise en scene)?

Met de vormgeving geef je uitdrukking aan je voorstelling!
klik hier
Stel dat je in een echt theater zou staan. Hoe zou je de scene en de acteurs nog verder uitwerken? Wat doe je met decor, de kostuums, de grime? Wat voor lampen zet je op het geheel? Wat wordt je achtergrond geluid?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Doelen
  • 10 min - bespreken HW H2
  • 10 min - bespreken HW H3
  • 5 min - vragen H2 en H3

  • 5 min - uitleg H4
  • 10 min - huiswerk maken

Bewaker tijd:

Slide 8 - Tekstslide

klik hier
Geef hier aan wat voor soort dans het is. Een culturele dans of een theaterdans... of misschien kan het wel allebei!
klik hier
Hier beschrijf je, nadat je het fragement hebt bekeken, waar de dans over gaat en hoe er gedanst wordt. Beschrijf alsof je aan iemand die het fragment niet gezien heeft wat je hebt gezien. 
klik hier
Vergelijk de dans met een of meerdere van de andere dansen. Geef het nummer aan waar de dans iets mee gemeen heeft. Beschrijf wat het gemeenschappelijke is. Probeer meerdere overeenkomsten te vinden!
klik hier
Lees je antwoorden van de vorige kolom. Zit de overeenkomst in de voorstelling,  vormgeving of theatervormgeving (of meerdere). Raadpleeg H3 als je hulp nodig hebt. 

Slide 9 - Tekstslide

1
2
3
4
5
6

Slide 10 - Tekstslide

Doelen
  • 10 min - bespreken HW H2
  • 10 min - bespreken HW H3
  • 5 min - vragen H2 en H3

  • 5 min - uitleg H4
  • 10 min - huiswerk maken

Bewaker tijd:

Slide 11 - Tekstslide

Vragen over H2 of H3?

Slide 12 - Woordweb

Doelen
  • 10 min - bespreken HW H2
  • 10 min - bespreken HW H3
  • 5 min - vragen H2 en H3

  • 5 min - uitleg H4
  • 10 min - huiswerk maken

Bewaker tijd:

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht muziek
Schrijf een essay waarin je aan de hand van aspecten van de vormgeving en voorstelling uitlegt waarom jouw favoriete muzieknummer jouw favoriete nummer is. Zorg ervoor dat je zowel voorstelling als vormgevingsargumenten hebt. 
Brainstorm
Schrijf kort op waarom je het een tof nummer vindt
1
Analyse
Analyseer het werk. Luist het aandachtig, bestudeer de liedtekst en eventueel de bladmuziek. Beantwoord de bijgevoegde hulpvragen


2
Voorstelling
Voorstelling:
1. Waar gaat het nummer over?
2. Wat voor soort genre is het?

VORM
VORM:
3. Hoe zit de opbouw van het nummer in elkaar? Denk aan couplet, refrein, rijmschema enz.
4. Zitten er intro’s en bridges in? Wat is het effect hiervan

MELODIE / TOON
MELODIE / TOON
5. Hoe is de melodielijn
6. Hoe hoog/laag is het nummer in zijn geheel? Hoe is de opbouw

KLANK
KLANK
7. Welke bezetting zit er in het nummer?
8. Hoe is de klankkleur van de muziek en hoe past deze bij het genre?

RITME / TEMPO
RITME/TEMPO
9. Hoe snel/langzaam is het nummer (BPM)
10. Zit er een tempo verschil in
11. Is het ritme vergelijkbaar snel/langzaam als het tempo?
12. Hoe is het ritme van de noten?

Vormgeving
Schrijven
Schrijf je beschouwing/betoog. Zorg ervoor dat de volgende opbouw in je werk zit

 
Pakkende titel,  Inleiding + stelling inname,  Argumenten voorstelling
Argumenten vormgeving, Samenvatting/conclusie
3

Slide 14 - Tekstslide