NE Spelling volt. dw als bijvoegelijk naamwoord

voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Leg uit wat een voltooid deelwoord is.

Slide 2 - Open vraag

Wat is het voltooid deelwoord in de volgende zin:
Gino heeft een mop verteld.

Slide 3 - Open vraag

Wat zijn de manieren om te bepalen of een voltooid deelwoord op een -d of een -t eindigt??

Slide 4 - Open vraag

Wat is het voltooid deelwoord in onderstaande zin?
Het boek dat ik gisteren heb uitgelezen, had een spannend einde.

Slide 5 - Open vraag

voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Hierna volgt een filmpje waarin dit wordt uitgelegd. Er worden wat moeilijke woorden gebruikt. Maar let eens goed op: hoor jij wat de belangrijkste regel is? 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video


Welke regel gebruik je bij het voltooid deelwoord dat wordt gebruikt als bijvoeglijk naamwoord?

Slide 8 - Open vraag

Een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Een voltooid deelwoord kun je ook gebruiken als  bijvoeglijk naamwoord.

Als je een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt, 
schrijf je ze zo kort mogelijk, bijvoorbeeld: 

De verbrande trui  (dus niet: verbrandde)
(verbrande is voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord)

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer het voltooid deelwoord op –en eindigt, dan schrijf je het als bijvoeglijk naamwoord hetzelfde.

Slide 10 - Tekstslide

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Voorbeelden: 


Ik heb de foto's vergroot   (voltooid deelwoord ) 

De vergrote foto's  (gebruikt als bijvoeglijk naamwoord ) 


Ik heb koffie gezet (voltooid deelwoord)

De gezette koffie (gebruikt als bijvoeglijk naamwoord)

Slide 11 - Tekstslide



De soep is gekruid.
De _____ soep.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 12 - Open vraag



De kerktoren is verlicht.
De _____ kerktoren.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 13 - Open vraag



De vogel is opgezet.
De _____ vogel.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 14 - Open vraag



Het winkelcentrum is verbouwd.
Het _____ winkelcentrum.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 15 - Open vraag



De foto is vergroot.
De _____ foto.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 16 - Open vraag