2: Van verlies naar winst 1800 - 1870

Paragraaf 2: Van verlies naar winst 1800 - 1870
Leerdoelen:
  1. Je kan omschrijven waarom er opstanden ontstonden op Java 
  2. Je kan omschrijven waarom de kolonie veel geld kostte aan het begin van de 19e eeuw
  3. Je kan uitleggen hoe het cultuurstelsel werkt en wat het doel was
  4. Je kan de gevolgen van het cultuurstelsel voor Nederland en voor Nederlands-Indië benoemen
Planning:
  • Herhaling via quizje (10 min)
  • Uitleg (max 15 min) 
  • Opdrachten maken (15 min)
  • Afsluiten (10 min) 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 2: Van verlies naar winst 1800 - 1870
Leerdoelen:
  1. Je kan omschrijven waarom er opstanden ontstonden op Java 
  2. Je kan omschrijven waarom de kolonie veel geld kostte aan het begin van de 19e eeuw
  3. Je kan uitleggen hoe het cultuurstelsel werkt en wat het doel was
  4. Je kan de gevolgen van het cultuurstelsel voor Nederland en voor Nederlands-Indië benoemen
Planning:
  • Herhaling via quizje (10 min)
  • Uitleg (max 15 min) 
  • Opdrachten maken (15 min)
  • Afsluiten (10 min) 

Slide 1 - Tekstslide

Welk begrip past bij de volgende omschrijving: het alleenrecht op de handel in een product
A
Aandeel
B
Monopolie
C
VOC
D
Factorij

Slide 2 - Quizvraag

Waarom werd de VOC opgericht?
A
Om concurrentie te voorkomen
B
Om specerijen te kunnen kopen
C
om aandelen te kunnen verkopen

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer werd de VOC opgericht?
A
1599
B
1602
C
1621
D
1699

Slide 4 - Quizvraag

Wie bestuurde de VOC?
A
De Staten-Generaal
B
De Heeren XVII (17)

Slide 5 - Quizvraag

Welk begrip past bij de volgende omschrijving: Bewijs dat recht geeft op het eigendom van een deel van een bedrijf
A
Aandeel
B
Monopolie
C
Factorij
D
Staten-Generaal

Slide 6 - Quizvraag

De VOC mocht geweld gebruiken om concurrentie te voorkomen en hun monopolie te behouden
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer ging de VOC failliet?
A
1702
B
1721
C
1799
D
1802

Slide 8 - Quizvraag

De VOC ging failliet door twee dingen, welke twee?

A
te veel gebruik van geweld + dalende vraag producten
B
Concurrentie van Engeland + te veel gebruik geweld
C
Concurrentie van Engeland + dalende vraag producten

Slide 9 - Quizvraag

De Nederlandse overheid nam alle bezittingen en schulden van de VOC over
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Paragraaf 2: Van verlies naar winst 1800 - 1870
Leerdoelen:
  1. Je kan omschrijven waarom er opstanden ontstonden op Java 
  2. Je kan omschrijven waarom de kolonie veel geld kostte aan het begin van de 19e eeuw
  3. Je kan uitleggen hoe het cultuurstelsel werkt en wat het doel was
  4. Je kan de gevolgen van het cultuurstelsel voor Nederland en voor Nederlands-Indië benoemen
Planning:
  • Herhaling via quizje (10 min)
  • Uitleg (max 15 min) 
  • Opdrachten maken (15 min)
  • Afsluiten (10 min) 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

 kostenpost NL-Indië
  • concurrentie met Engeland 
  • Opstanden op Java, waarom?:
  1. Indische adel verliest macht
  2. Volk boos door hoge belasting + misoogsten
  • 1825: Java-oorlog onder leiding van prins Diponegoro 
  • Duurt 5 jaar --> tot 1830
  • NL wint, maar de schatkist is leeg 

Slide 13 - Tekstslide

Cultuurstelsel
  • 1830
  • Bedacht door: gouverneur-generaal Van den Bosch
  • Doel: NL-Indië weer winstgevend maken 
  • Hoe: Javaanse boeren 1/5 deel grond voor exportproducten (suiker, koffie etc)
  • In ruil daarvoor: plantloon
  • Boeren met weinig of geen grond: herendiensten
  • Indische regenten verdelen werk onder onderdanen --> beloning: cultuurprocenten

Slide 14 - Tekstslide

Gevolgen Nederland
  1.  Suiker, koffie etc verkocht met grote winst door de Nederlandsche Handelsmaatschappij --> opbrengsten (batig slot) in NL schatkist
  2.  Batig slot gebruikt voor modernisering NL --> spoorwegen, kanalen, bruggen, scheepsbouw 
Gevolgen Nederlands-Indië
  1. Positief: ontstaan geldeconomie, meer landbouwgrond, wegennet, irrigatie, fabrieken 
  2. Negatief: verschil arm - rijk groter, vaak hongersnoden doordat meer dan 1/5 voor export + groei bevolking, plantloon laag dus niet genoeg voor komen levensmiddelen

Slide 15 - Tekstslide

Opdrachten maken
Maak de volgende opdrachten:
  • Pagina 18 + 19: 2, 4, 5, 7, 8, 9

Word huiswerk voor volgende week dinsdag

  • Je blijft op je plek zitten
  • Overleggen met de persoon naast je mag
  • Je roept niet door de klas

timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide