5.2 tangens berekenen 3D

Donderdag 18-3, 7e uur:         3D
Aan het einde van de les:
  • Kun je de verschillende zijden in een rechthoekige driehoek benoemen
  • Kun je de tangens van een hoek berekenen.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Donderdag 18-3, 7e uur:         3D
Aan het einde van de les:
  • Kun je de verschillende zijden in een rechthoekige driehoek benoemen
  • Kun je de tangens van een hoek berekenen.

Slide 1 - Tekstslide

Vul in:
het hellingspercentage bij deze helling is ... %.

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de overstaande rechthoekszijde van hoek M?
A
KL
B
LM
C
KM

Slide 4 - Quizvraag

Tangens.
Tangens.

  • Bij een helling heb je gewerkt met horizontale afstand en hoogteverschil.

  • In een rechthoekige driehoek gebruiken we andere woorden:


  • horizontale afstand = aanliggende rechthoekszijde van L A.
  • hoogteverschil = overstaande rechthoekszijde van L A.

Slide 5 - Tekstslide

Met deze rechthoekszijden bereken je de tangens van een hoek.
De tangens van een hoek is een getal.

Slide 6 - Tekstslide

In driehoek ABC:
tanA=ABBC=20015=0,075
Afspraak:
de tangens rond je af op drie decimalen.

Slide 7 - Tekstslide


Welke zijde is de aanliggende rechthoekszijde van L R?
A
PQ
B
QR
C
PR

Slide 8 - Quizvraag


Bereken tan LR.
A
0,140
B
7,142
C
7,143
D
14%

Slide 9 - Quizvraag

Bereken tan LR.
aanliggende rechthoekszijde van LR
overstaande rechthoekszijde van LR
tanR=84600=7,143

Slide 10 - Tekstslide

Donderdag 18-3, 7e uur:         3D
Aan het einde van de les:
  • Kun je de verschillende zijden in een rechthoekige driehoek benoemen
  • Kun je de tangens van een hoek berekenen.
Huiswerk:
Maken 5.1: 6 t/m 16.
Maken 5.2: 17 t/m 24.

Slide 11 - Tekstslide

kz2 = 16
kz2 = 84       +
lz2 =  100

Dus AB = kz = √ 84 = 9,2 cm
AB en BC zijn de korte zijden.

Slide 12 - Tekstslide

Bereken AC. Rond af op één decimaal.
Schrijf je berekening op en maak een foto van je antwoord.

Slide 13 - Open vraag