22/23 GL 19 an les 50/51 spreekvaardigheid afronden + korte antwoordvraag

• Duits
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

19. Januar

Lesefertigkeit 

Examenjargon besprechen

Schneller Text

Neue examenfrage erklären

- üben

- arbeiten

- besprechen

Noch einmal 30 Seconds

Examenjargon

Uit je snelhechter boekje Examenjargon blz. 4 t/m 7 

opdr 12 tot 16

Schneller Text aufgaben

Wähle auf Grund des Titels und Bild

Text 1

Die Tierärztin für arme Hunde

Text 2

Mehr Robben Robben

Welche Text wählst du?

Text 1

Text 2

korte - antwoordvraag

Worden altijd in het Nederlands gesteld

Geen meerkeuze

Bijna altijd in het Nederlands beantwoorden

soms wordt er gevraagd paar woorden uit de tekst over te schrijven, dit wel in het Duits.

Wordt vaak gevraagd naar alineanummer of aantal of je moet een woord of tekstgedeelte citeren zonder dit verder uit te leggen

korte - antwoordvraag

In welke alinea wordt er gesproken over de voorwaarde?

op welke 2 organen kan chocolade volgens de tekst een positieve invloed hebben

werkwijze

1. altijd eerst oriënteren --> titel, inleiding, plaatjes, tussenkopjes enz.

2. niet de hele tekst lezen --> er wordt gericht naar info gevraagd

3. zoek gedeelte op waar je denkt dat het antwoord staat (of zoek alinea op waarover vraag gesteld wordt)

4. lees nauwkeurig!! met woordenboek

oefenen 2014 GT tijdvak 1 vraag 8, 24 bespreken

Bewaar alle blaadjes

we bespreken  alle vragen van tekst 4 nog 

Maken 

blz. 86 t/m blz. 92 

opdr. 8 t/m 12

Hoe: in tweetal, zachtjes overleggen

Hoe: vragen, samenwerken of uitleg --> Vergadertafel

overige = Hausaufgaben maandag 30 januari 

30 Seconds

• Ein Gruppe von 5 Personen
• Drei Gruppe von 3 Personen
• Eine allgemeine Karte 
• Eine persönliche Karte
• Schaut euch die allgemeine Karte an --> Wörter die ihr nicht kennt?
• Jetzt bekommt ihr von mir deine persönliche Karte 
• pro person 30 sec --> nicht geraten? zweiter Person