§2.3 Botsingen van culturen (3)

§ 2.3 Botsingen van culturen (3)
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

§ 2.3 Botsingen van culturen (3)

Slide 1 - Tekstslide

Wat is autonomie?
A
Een andere term voor etnische groep.
B
Het streven naar afscheiding.
C
Proces van aanpassing en opnamen van culturele minderheid in een samenleving.
D
Zelfbestuur.

Slide 2 - Quizvraag

Welk begrip wordt hier beschreven?
'Het streven naar autonomie op politiek en/of cultureel gebied, zonder dat de regio een eigen staat nastreeft.'
A
Verwestersing.
B
Regionalisme.
C
Integratie.
D
Nationalisme.

Slide 3 - Quizvraag

Antwoord vraag 5
5a: Landen
5b: 50 staten (states), vandaar de naam Verenigde                      Staten (United States).
5c: Deelstaten. In het Duits (Bundes)Länder.
5d: Een deel van een staat (Duitsland) kan land
      (Bundesland) genoemd worden. Of een deel van een
      land (Verenigde Staten) wordt een staat (state) genoemd.

Slide 4 - Tekstslide

Antwoord vraag 7
7: C. De Friezen hebben geen behoefte aan een eigen staat, als de 
    hoofdcultuur maar rekening houdt met de culturele minderheid, in dit 
    geval het zingen van het Friese volkslied.

Slide 5 - Tekstslide

Antwoord vraag 8 a en b
8a: – Er zijn veel grensconflicten en autonomie- en 
         afscheidingsbewegingen.
      – Er zijn burgeroorlogen/gewapende conflicten.
      – Er zijn veel vluchtelingen.
      – De taalgrenzen lopen dwars door landen heen.
8b: In Irak wonen verschillende volkeren en er zijn verschillende 
      godsdiensten. Een inwoner van Irak zal zich dus eerder Koerd, 
      Arabier, sjiiet of soenniet noemen dan Irakees.

Slide 6 - Tekstslide

Antwoord vraag 8 c en d
8c: Slecht. Op deze kaart zijn Irak en de meeste Afrikaanse landen                  oranje en rood gekleurd, wat aangeeft dat ze slecht functioneren.
8d: De meeste talen hebben daar een eigen deelstaat.

Slide 7 - Tekstslide

Uitleg vraag 9
Voor vraag 9 heb je een link nodig naar een website over versterkte grenzen en waarom ze gebouwd zijn. In je werkboek staat een invulschema. Op de site worden 10 grenzen genoemd. Je kiest er zelf vijf uit en daarvoor vul je het schema in.
De link zit in de volgende slide.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Huiswerk
Voor de volgende keer maak je vraag 9 van §2.3. Daavoor heb je de link van de vorige slide nodig.
Upload de uitwerkingen naar Magister.
Verder lees je §2.4

Slide 10 - Tekstslide