3.7 Mens en landschap 2: Landdegradatie

3.7: mens en landschap 2
- Aan het einde van de les kan je de 4 bodem soorten noemen en verklaren
- kan je uitleggen wat landdegradatie is en de bij behorende begrippen uitleggen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.7: mens en landschap 2
- Aan het einde van de les kan je de 4 bodem soorten noemen en verklaren
- kan je uitleggen wat landdegradatie is en de bij behorende begrippen uitleggen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Landdegradatie is het achteruitgaan van kwaliteit van de bodem

Slide 4 - Tekstslide

Hoe heet het landdegradatie proces waarbij water en wind vrij spel krijgen?

Slide 5 - Open vraag

Versnelde bodemerosie
Erosie is het weg stromen, waaien en slijten van bodemmateriaal.

Versnelde bodemerosie suggereert dus een verhoogd tempo in het proces.


Slide 6 - Tekstslide

Welke 3 oorzaken kent versnelde bodemerosie?

Slide 7 - Open vraag

Oorzaken versnelde bodemerosie: 

- Ontbossing

- Overbeweiding
- Intensieve landbouw/
overbeweiding

Slide 8 - Tekstslide

Kortom: Het land zo gebruiken dat (bepaalde) vegetatie verdwijnt. Wind en water  krijgen vrij spel.

Slide 9 - Tekstslide

Het, met gebruikmaking van allerlei technische middelen, toevoegen van water aan landbouwgewassen bij een tekort aan neerslag heet:
A
Irrigatie
B
Indamping
C
Irritatie
D
Igiratie

Slide 10 - Quizvraag

Verzilting
1. Irrigatie vind plaats
nodig want het is een droog gebied. in droge gebieden vind ook veel verdamping plaats. 
   2. Verdamping
Meeste irrigatie vormen zijn inefficiënt. veel van het water verdampt snel. Veel mineralen uit het water (voornamelijk zout) blijft achter. 
    3. Verzilting
De bodem word steeds zouter en minder vruchtbaar door de hoge mate van verdamping

Slide 11 - Tekstslide

Verwoestijning
Landdegradatie leidt vaak tot verwoestijning: het verdwijnen van de vegetatie. 

Voorkomen door duurzamer landgebruik (niet ontbossen, land brak laten liggen, slimmere irrigatie)

Slide 12 - Tekstslide

Einde uitleg
Maak de opdrachten van 3.7

Slide 13 - Tekstslide