Passé composé met avoir of être

Passé composé
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Passé composé

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je altijd nodig voor het maken van een passé composé?

Slide 2 - Open vraag

Welke hulpwerkwoorden heb je in de passé composé?
A
aller
B
avoir
C
être
D
faire

Slide 3 - Quizvraag

timer
1:30
avoir
être
ont
es
avons
ai
sommes
avez
suis
a
as
sont
êtes
est

Slide 4 - Sleepvraag

regelmatig
onregelmatig
rester
arriver
entrer
venir
sortir
naître
tomber
partir
revenir
mourir

Slide 5 - Sleepvraag

werkwoorden uit het huis van être

Slide 6 - Woordweb

Les filles ...... allées au collège.
A
ont
B
vont
C
font
D
sont

Slide 7 - Quizvraag

Mon père ...... travaillé à Paris.
A
est
B
a
C
as
D
fait

Slide 8 - Quizvraag

Mes cousines ...... acheté un cadeau.
A
ont
B
vont
C
sont
D
font

Slide 9 - Quizvraag

Cet après-midi, je suis .... à 16 heures.
A
rentré
B
rentrée
C
rentrés
D
rentrées

Slide 10 - Quizvraag

Ils ont ...... le cinéma.
A
cherchés
B
cherchée
C
cherché
D
chercher

Slide 11 - Quizvraag

Waarom krijgt de zin 'ils ont cherché' geen extra uitgang achter cherché?

Slide 12 - Open vraag

vallen
teruggaan
komen
naar beneden gaan
vertrekken
naar boven gaan
monter
partir
descendre
venir
tomber
rentrer

Slide 13 - Sleepvraag

Welke uitgangen zijn er mogelijk achter het voltooid deelwoord?

Slide 14 - Open vraag

Uitgangen zijn alleen maar mogelijk als...
A
het hulpwerkwoord avoir is
B
het hulpwerkwoord être is
C
altijd mogelijk toch?
D
nooit mogelijk

Slide 15 - Quizvraag

'vous' heeft meerdere betekenissen, dus krijgt het niet altijd dezelfde uitgang.
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quizvraag

'nous' is altijd meervoud, dus een extra s (bij hww être) is nodig.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Laatste vraag: de extra letters als uitgang, spreek je niet uit.
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Leerdoelen gehaald:
- ik weet wanneer ik hulpwerkwoord être moet gebruiken
- ik weet dat er een extra uitgang achter het voltooid deelwoord kan komen
- ik weet welke mogelijke uitgangen er zijn
- ik houd me nog steeds aan de regel zoals die in klas 2 hoofdstuk 1 is behandeld
- ik kan nu een tekst schrijven in het Frans over gebeurtenissen in/uit  het verleden 

Slide 19 - Tekstslide

LessonUp

Slide 20 - Tekstslide