Spelling algemeen - les 2.8 dubbele medeklinker & les 3.8 ei/ij

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

op tafel: IPad + leesboek

  • leesboek ( 10 min.)
  • Lessonup - herhalen leestekens (5 min.)
  • Lessonup - uitleg  (5 min.)
  • Werkboek A - opdrachten maken (5 min.)
  • keuze-opdracht ( 15 min.)
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

vorige les
  • leestekens: punt, vraagteken, uitroepteken
  • au / ou 
  • leestekens: komma

Slide 3 - Tekstslide

Noteer aan het einde van de zin het juiste leesteken.
1. Kijk uit....
2. In Nederland wonen 17 miljoen mensen.......
3. Weet jij welke speler er bij de wedstrijd van Feyenoord heeft gescoord....
4. Mijn opa is zeventig jaar geworden, hoera.....
5. In welk jaar ben jij geboren......
6. Wat een goed idee....
7. Bij het vak Nederlands doe ik altijd extra goed mijn best.....

9. Weet jij hoe oud meneer Buizer is.....
10. Bij het schoolvak Nederlands doe ik altijd extra goed mijn best.....

Slide 4 - Tekstslide

Antwoorden
1. Kijk uit!
2. In Afrika wonen 1,2 miljard inwoners.
3. Weet jij welke speler er bij de wedstrijd van Feyenoord heeft gescoord?
4. Mijn opa is zeventig jaar geworden, hoera!
5. In welk jaar ben jij geboren?
6. Wat een goed idee!
7. Bij het vak Nederlands doe ik altijd extra goed mijn best.

Slide 5 - Tekstslide

2.8 & 3.8 spelling
Lesdoel:

  • dicteewoorden: dubbele medeklinker
  • dicteewoorden: ei/ij
  • -s of -'s

Slide 6 - Tekstslide

1 of 2 medeklinkers?

m of mm
n of nn
d of dd
r of rr
t of tt
f of ff
c of cc

Slide 7 - Tekstslide

ei / ij

Slide 8 - Tekstslide

-s
Als een woord eindigt op -e, -el, -en, -er, -em, -ie of -eau dan schrijf je in het meervoud een s.

Slide 9 - Tekstslide

Schrijf van dit zelfstandig naamwoord het meervoud op.

boek

Slide 10 - Open vraag

Noteer het meervoud van het zelfstandig naamwoord:

avocado

Slide 11 - Open vraag

Schrijf van dit zelfstandig naamwoord het meervoud op.

dak

Slide 12 - Open vraag

Noteer het meervoud van het zelfstandig naamwoord:

cadeau

Slide 13 - Open vraag

Noteer het meervoud van het zelfstandig naamwoord:

jetski

Slide 14 - Open vraag

Noteer het meervoud van het zelfstandig naamwoord:

logé

Slide 15 - Open vraag

Schrijf het meervoud van het zelfstandige naamwoord op.
zus

Slide 16 - Open vraag

Noteer het meervoud van het zelfstandig naamwoord:

oma

Slide 17 - Open vraag

-'s
Als een woord eindigt op -i, -a, -o, -u, -y dan maak je het meervoud met 's.

Slide 18 - Tekstslide

Uit zondering y
Als er een klinker voor de y staat, schrijf je de s eraan vast.

Slide 19 - Tekstslide

Maken: spelling les 2.8 -  opd. 13 + les 3.8 opd. 12
Maken: spelling les 3.8 - opd.7 t/m 10 meervoud znw -en, -s, -‘s 
                                                                       
                                                                 
timer
5:00
Klaar? 

Slide 20 - Tekstslide

keuze opdracht

Slide 21 - Tekstslide

droodel
spel kaboem

Slide 22 - Tekstslide

woordzoeker
Blooket

Slide 23 - Tekstslide

Afsluiting
  • Huiswerk: les 2.8 opd. 13 afmaken
  • Huiswerk: les 3.8 opd. 12 afmaken
  • Volgende les: les 3.8 - meervoud znw

Slide 24 - Tekstslide