Betrouwbare bronnen

Betrouwbare bronnen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1-3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Betrouwbare bronnen

Slide 1 - Tekstslide

Aan het eind van de les kan ik 'fake news' herkennen en betrouwbare bronnen vinden

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent Fake news?
Nepnieuws is misleidende informatie die wordt verspreid om geld te verdienen of om de mening van het publiek te beïnvloeden. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent Fake news?
Nepnieuws is misleidende informatie die wordt verspreid om geld te verdienen of om de mening van het publiek te beïnvloeden. 

Slide 4 - Tekstslide

Soorten informatie
Er zijn veel manieren om aan informatie te komen. Onder andere via:
  • Kranten 
  • Tijdschriften
  • Boeken 
  • Internet


Slide 5 - Tekstslide

Betrouwbare bronnen
De inhoud van kranten, tijdschriften en boeken wordt vaak door een deskundige redactie bekeken en is daarom meestal betrouwbaar.

Informatie op internet is minder betrouwbaar, omdat iedereen daar alles kan plaatsen.

Het is daarom belangrijk dat je informatie op internet eerst controleert, voordat je het
overneemt.

Slide 6 - Tekstslide

Betrouwbare bronnen:

Voorbeelden:
  • de Volkskrant
  • Trouw
  • NRC Handelsblad
  • Elsevier
  • De Groene Amsterdammer
  • Google Scholar
  • Nederlands Dagblad
  • Het Parool

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

Factcheck Nederland
https://factchecknederland.afp.com/list

Slide 10 - Tekstslide

Feit of mening

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

verschillende kanten
hoor- en wederhoor:
Een journalist laat alle partijen aan het woord voordat hij iets publiceert.


Slide 13 - Tekstslide

zoekmachines

Slide 14 - Tekstslide

waar/niet waar
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

waar/niet waar
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Welk artikel is Fake News?
A
Artikel 1: AD
B
Artikel 2: De Speld

Slide 19 - Quizvraag

Als er een filmpje voorbij komt of tekst die ik grappig vind, dan deel ik dat altijd.
A
ja, boeien of ik er iemand mee kwets
B
ja, maar alleen als ik er niemand mee kwets
C
ja, maar alleen onschuldige of lieve filmpjes
D
nee

Slide 20 - Quizvraag

Welke vraag heeft met MediaWijsheid te maken?
A
Is het nepnieuws of echt nieuws?
B
Wat kan iemand online van mij vinden?
C
Hoe kan ik bestanden delen via OneDrive?
D
Bestaan de huidige beroepen over 10 jaar?

Slide 21 - Quizvraag

Is dit een feit of fabel?
A
Dit is een feit, want het staat in de krant
B
De metro heeft het vast gecontroleerd, dus feit
C
Dit is een fabel, niet alles wat in de metro staat is waar
D
Dit is een fabel, Metro heeft niet goed gecontroleerd

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Is het nieuws over Trump waar?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Waarom wordt er nep nieuws verspreid? Wat is het doel?

Slide 26 - Open vraag

Hier lees je van alles over fake news
https://www.isdatechtzo.nl/ 

Kies een onderwerp uit het menu en bereidt een korte (max. 3 min.) presentatie voor.

Slide 27 - Tekstslide

Ga naar: 
https://www.slechtnieuws.nl/#intro 
en speel het spel in duo's.

Slide 28 - Tekstslide

Hoe herken jij een betrouwbare bron?

Slide 29 - Open vraag

Wat is geen manier om de betrouwbaarheid van een bron te checken?
A
Kijken naar de actualiteit van de bron
B
Alleen afgaan op de naam van de auteur
C
Kijken of de bron wetenschappelijk is
D
Kijken naar het doel van de bron

Slide 30 - Quizvraag

Wat betekent het als een bron wetenschappelijk is?
A
De informatie is gebaseerd op onderzoek en is controleerbaar
B
De informatie is moeilijk te begrijpen
C
De informatie is onderzocht
D
De informatie is geschreven door een wetenschapper

Slide 31 - Quizvraag

Leerdoel behaald?

Slide 32 - Tekstslide