Elke alinea gaat over een deelonderwerp van de tekst. Soms gaat een alinea over 1 deelonderwerp, soms gaan er meer alinea's over één deelonderwerp.
Slide 13 - Tekstslide
Hoe vind je deelonderwerpen?
Je leest de tekst globaal.
Dit betekent: de eerste en laatste zin van alle alinea's lezen.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Bekijk de tekst.
Hoeveel alinea's tel je?
Zien we tussenkopjes?
Slide 16 - Tekstslide
Hoeveel alinea's heeft deze tekst?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 17 - Quizvraag
Het onderwerp van de tekst noteer je in:
A
Een paar woorden.
B
Een hele zin.
C
In twee of meer zinnen.
Slide 18 - Quizvraag
In welke drie onderdelen is een tekst verdeeld?
Slide 19 - Open vraag
Wat is een deelonderwerp?
Slide 20 - Open vraag
Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over school?
A
De dierenwinkel
B
De geschiedenis van voetbal
C
Pauzes in de aula
D
Zakgeld
Slide 21 - Quizvraag
Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over politiek?
A
Gezelschapsspellen
B
Verkiezingen
C
Vakantiereizen
D
De woestijn
Slide 22 - Quizvraag
kern = middenstuk
Slide 23 - Tekstslide
Inleiding
Inleiding: Je maakt kennis met het onderwerp van de tekst. Vaak gebeurt dit met een voorbeeld of een grappig verhaaltje (anekdote). De inleiding maakt je nieuwsgierig naar de rest van de tekst.
De inleiding bestaat meestal uit 1 alinea. Let op: niet altijd! Soms zijn alinea 1 + 2 de inleiding.
Slide 24 - Tekstslide
Middenstuk (kern)
Middenstuk: Dit is het grootste gedeelte van de tekst. Hier worden verschillende delen van het onderwerp besproken: de deelonderwerpen.
Slide 25 - Tekstslide
Slot
Slot: Het laatste deel van de tekst. Vaak de laatste alinea of de laatste 2. In het slot wordt het belangrijkste uit de tekst vaak kort herhaald, naar de toekomst gekeken, wordt er een samenvatting gegeven of een advies.
Slide 26 - Tekstslide
titel
tussenkopje, je ziet dat het tussenkopje boven een groepje alinea's staat
tussenkopje
alinea
witregel
Slide 27 - Tekstslide
Bekijk de tekst op de volgende slide goed. Kijk naar de titel, de tussenkopjes, de inleiding, het middenstuk en naar het slot.
Je moet hier zo vragen over beantwoorden.
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Noteer de titel van de tekst.
Slide 30 - Open vraag
Slide 31 - Tekstslide
Stond er een tussenkopje boven de inleiding?
A
ja
B
nee
Slide 32 - Quizvraag
Boven de inleiding kan geen tussenkopje staan, want daar staat de titel al!
Slide 33 - Tekstslide
Uit hoeveel alinea's bestaat het middenstuk?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 34 - Quizvraag
Het middenstuk bestaat uit 3 alinea's. Kijk maar: alinea 1 is de inleiding. Alinea 2 + 3 + 4 het middenstuk, want in alinea 5 wordt er een samenvatting gegeven. Alinea 5 is dus het slot!
Slide 35 - Tekstslide
Heb je nog een vraag over lezen?
Slide 36 - Open vraag
Klaar?
Ga aan de slag met de opdrachten op het papier dat de docent heeft uitgedeeld.
Maak de startopdracht en opdracht 1 in je schrift.