VWO5 H2 2.4 Globalisering na 1980 - 2 lessen inc kennischeck 2.3

2.4 Globalisering na 1980


Vandaag: 
kennischeck 2.3, kolonialisme, hegemoniale staat, centrum-periferie model
Uitleg (kort) 2.4, triade, vliegende ganzen, uit/doorschuiven, liberalisering, spread- & backwash effects
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2.4 Globalisering na 1980


Vandaag: 
kennischeck 2.3, kolonialisme, hegemoniale staat, centrum-periferie model
Uitleg (kort) 2.4, triade, vliegende ganzen, uit/doorschuiven, liberalisering, spread- & backwash effects

Slide 1 - Tekstslide

Kennischeck: leerdoelen 2.3
  • Welke rol hebben hegemoniale staten in de globalisering van de wereld vanaf de koloniale tijd gespeeld?
  • Welk verband bestaat er tussen het centrum-periferiemodel en de erfenis van het koloniale verleden?

Slide 2 - Tekstslide

Welke voorbeelden van europeanisering in koloniale gebieden kun je benoemen?

Slide 3 - Woordweb

Wat is het doel van een exploitatiekolonie?

Slide 4 - Woordweb

Van kolonialisme naar globalisering
Kolonialisme tot ong. 1660 kende 2 typen kolonies:
- Exploitatiekolonie
Een exploitatiekolonie leverde grondstoffen en werd later ook afzetmarkt voor producten uit het moederland.
--> Ghana, Brazilie, Suriname --> periferie

- Vestigingskolonie
Een vestigingskolonie werd door kolonisten gezien als nieuw vaderland.
--> VS / Australië --> Centrum

(exploiteren: iets beheren zodat er geld wordt verdiend)
Na dekolonisatie blijft deze verhouding bestaan!

Slide 5 - Tekstslide

Wat is imperialisme?

Slide 6 - Woordweb

Industrieel kolonialisme
(1800 - 1950)
Het industrieel kolonialisme (oftewel imperialisme) is de fase waarin Europese moederlanden koloniën stichtten die ze zelf bestuurden, met als doel de aanvoer van grondstoffen veilig te stellen en een afzetmarkt voor hun industriële eindproducten te vormen.

Slide 7 - Tekstslide

De VS als opkomende wereldmacht door...

  • Afloop WOII; Europa verwoest
  • Dekolonisatie; Europese grootmachten verliezen hun invloed in de wereld
  • Val van de Sovjet Unie; einde Koude Oorlog


Slide 8 - Tekstslide

Dekolonisatie
De oude kolonies herken je onder andere aan de officiële landstalen van de voormalige kolonies

Slide 9 - Tekstslide

Dekolonisatie is het
A
soeverein worden van een vroege kolonie
B
het bezetten van een overzees gebied
C
zelfstandig worden van een deelstaat
D
overdragen van de macht een lid van de triade

Slide 10 - Quizvraag

Het communisme viel in....?
A
1945
B
1600
C
1989
D
2013

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een belangrijk verschil tussen vroegere hegemoniale staten en de VS?

  • VS verovert geen gebieden, maar probeert ze te controleren.

Slide 12 - Tekstslide

§2.4: Globalisering na 1980


  • Als je deze paragraaf hebt bestudeerd, kun je:
  • verklaren waardoor mno’s (multinationale ondernemingen) de motor achter (economische) globalisering vormen.
  • beschrijven welke gevolgen van globalisering optreden in verschillende landen.
  • beoordelen waardoor niet alle gebieden voordeel hebben van globalisering.

Slide 13 - Tekstslide

Economische globalisering versnelt
Economische globalisering na 1980 in stroomversnelling door:

  • Mno’s omspannen de wereld en zijn verbonden via netwerken
  • Deregulering en liberalisering van de wereldmarkt
  • Transport- en communicatietechnologie in stroomversnelling (tijdruimtecompressie)

Slide 14 - Tekstslide

Ruimtelijke gevolgen van globalisering
Ontstaan van een nieuwe internationale arbeidsverdeling als gevolg van uitschuiving en doorschuiving. Hoe ziet die nieuwe verdeling eruit?

Centrum
  • Commando (beslis)centra van de bedrijven
  • Research & Development (R&D)
  • Marketing

(Semi)periferie
  • Maakindustrie
  • Lagere dienstverlening  

Slide 15 - Tekstslide

De triade
Noord-Amerika, de EU en Oost-Azië beheersen de wereldhandel en worden samen de triade
genoemd.

De internationale goederen-
en kapitaalstromen verlopen
voornamelijk tussen
Noord-Amerika, de EU en
Japan.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Nieuwe afzetmarkten
Mno’s gaan opzoek naar nieuwe afzetmarkten (vooral in nieuwe industrielanden). Waarom zal IKEA zich vestigen in China?

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Samen kijken naar: 2.4 opdracht 2
  • Vorige week:
  • H2.2 Opdr. 1, 3b, 4, 5 (6 deden we samen), 2.3 Opdr. 1 t/m 4

  • 2.4 lezen
  • 2.4 maakwerk: 1, 4, 5

Slide 19 - Tekstslide

2.4 Globalisering na 1980 - les 2


Vandaag: 
Uitbreiding uitleg 2.4 uitschuiven/doorschuiven, liberalisering, spread- & backwash effects (fast & slow world)

Slide 20 - Tekstslide

Wat is het verband?

Slide 21 - Tekstslide

Wat heeft deze grafiek te maken met doorschuiving?

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Wat is de kern van de nieuwe internationale arbeidsverdeling?
A
Productieketen wordt uitgeschoven naar lagelonenlanden
B
De global shift en de opkomst van de 4de sector
C
NGO's versus MNO's
D
De tegenstelling tussen de fast en de slow world

Slide 24 - Quizvraag

Geef meer voorbeelden van spread- en backwash effects

Slide 25 - Open vraag

Sleep de ruimtelijke gevolgen van globalisering naar de juiste plaats
Nieuwe afzetmarkten
Verplaatsen van de maakindustrie
MNO's zijn steeds weer op zoek naar de goedkoopste mogelijkheden.
MNO's doen alleen wat een ander niet kan.
Slow world en fast world
Uitschuiving
Klanten in opkomende landen
Doorschuiven
Core business
Verbrokkeling

Slide 26 - Sleepvraag

Aan de slag!
  • Samen kijken naar: 2.4 opdracht 2

  • 2.4 vorige les gelezen
  • 2.4 maakwerk: 1, 4, 5 
  • Af? Nakijken andere kleur pen

Slide 27 - Tekstslide