Horizontale bewegingen van de lithosfeer

Platentektoniek
-
Horizontale bewegingen van de lithosfeer
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeSecundair onderwijs

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Platentektoniek
-
Horizontale bewegingen van de lithosfeer

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leg convectie in je eigen woorden uit

Slide 3 - Woordweb

Vorige week: mechanisme achter de platentektoniek: convectie!

De lithosfeer beweegt dus op de asthenosfeer.

De lithosfeer is opgebroken in verschillende tektonische platen.

Deze les: de horizontale bewegingen van de tektonische platen

Slide 4 - Tekstslide

De lithosfeer is opgebouwd uit tektonische platen.
De meeste platen bestaan zowel uit continentale als oceanische korst.

Slide 5 - Tekstslide

Welke soort korst is het dikst?
A
Oceanische korst
B
Continentale korst

Slide 6 - Quizvraag

Welke soort korst is het zwaarst?
A
Oceanische korst
B
Continentale korst

Slide 7 - Quizvraag

Er bestaan 2 soorten aardkorst: oceanisch en continentaal
Oceanische korst is het type korst dat zich onder de oceanen bevindt.

De dikte is ongeveer 8 km.


Slide 8 - Tekstslide

Er bestaan 2 soorten aardkorst: oceanisch en continentaal
Continentale korst is het type korst dat zich onder de continenten bevindt.

De dikte varieert tussen van 30-40 km normaal tot 80 km onder gebergtes.


Slide 9 - Tekstslide

Alhoewel de oceanische korst dunner is dan de continentale korst, is ze wel zwaarder dan de continentale korst.
Dit is belangrijk voor het vervolg van de leerstof.

Slide 10 - Tekstslide

Er zijn 3 mogelijke soorten horizontale plaatbewegingen:
Platen bewegen naar elkaar

= Convergente of destructieve plaatgrenzen
Platen bewegen van elkaar weg

= Divergente of constructieve plaatgrenzen
Platen bewegen langs elkaar heen

= Transforme of conservatieve plaatgrenzen

Slide 11 - Tekstslide

Gevolgen van platentektoniek

Slide 12 - Woordweb

Divergente of constructieve plaatgrenzen:

Platen bewegen uit elkaar.


    Slide 13 - Tekstslide

    Leg in je eigen woorden uit waarom een divergente plaatgrens ook een constructieve ("opbouwende") plaatgrens genoemd wordt.

    Slide 14 - Open vraag

    Convergente of destructieve plaatgrenzen:

    Platen bewegen naar elkaar toe.

    3 mogelijke scenario’s


    • Oceanische lithosfeer botst met continentale lithosfeer

    • Oceanische lithosfeer botst met oceanische lithosfeer

    • Continentale lithosfeer botst met continentale lithosfeer


    Slide 15 - Tekstslide

    Trog
    De oceanische korst is zwaarder dan de continentale korst, dus de oceanische lithosfeer zal onder de continentale lithosfeer in de asthenosfeer duiken. Men noemt dit subductie.

    Dit vormt een diepe trog.
    Scenario 1:  Oceanische lithosfeer botst met continentale lithosfeer

    Slide 16 - Tekstslide

    Trog
    Naarmate de oceanische lithosfeer in de asthenosfeer duikt, smelten de gesteenten, en stijgt er magma naar boven. Daardoor ontstaat er een vulkanische boog op het land.
    Er ontstaat subductie.
    Scenario 1:  Oceanische lithosfeer botst met continentale lithosfeer
    Vulkanische boog

    Slide 17 - Tekstslide

    Scenario 1:  Oceanische lithosfeer botst met continentale lithosfeer
    De oceanische plaat is zwaarder en daalt.
    Indien massa hoog genoeg, trekt de plaat zichzelf naar beneden.
    Dit noemen we subductietrekkracht.

    Slide 18 - Tekstslide

    Een voorbeeld van zo'n trog is de Marianentrog aan Japan. Dit is het diepste punt in onze oceanen, maar liefst 11 km diep!

    Slide 19 - Tekstslide

    In 2012 was James Cameron (regisseur van onder andere Titanic en Avatar) de eerste persoon die in een eenpersoons duikboot tot op de bodem van de Marianentrog dook.

    In mei 2019 werd tijdens een duik een plastiek zak gevonden op de bodem van de Marianentrog. Dus helaas heeft de plastiekvervuiling ook al een weg gevonden naar het meest afgelegen punt op aarde.

    Slide 20 - Tekstslide

    Een voorbeeld van zo'n vulkanische boog op land is de Andes, het gebergteketen in het westen van Zuid-Amerika.

    Slide 21 - Tekstslide

    Scenario 2:  Oceanische lithosfeer botst met oceanische lithosfeer
    Trog
    (trench)
    De oceanische lithosfeer van de ene plaat zal onder de oceanische lithosfeer van de andere plaat in de asthenosfeer duiken. 

    Dus ook hier treedt er subductie op en wordt er een diepe trog gevormd.

    Slide 22 - Tekstslide

    Scenario 2:  Oceanische lithosfeer botst met oceanische lithosfeer
    Trog (trench)
    Vulkanische
    eilandboog
    Ook hier zal het gesteente dat in de asthenosfeer duikt, smelten, en zal er magma naar boven stijgen.

    In plaats van een vulkanische boog op het land, ontstaat er nu een vulkanische eilandboog.

    Slide 23 - Tekstslide

    Een voorbeeld van zo'n vulkanische eilandboog zijn de Fiji eilanden, ten Oosten van Australië.

    Slide 24 - Tekstslide

    Een groot deel van de Grote Oceaan wordt begrensd door subductiezones, troggen, vulkanische eilandbogen en vulkanische landbogen.

    Dit wordt de Ring van Vuur (Ring of Fire) genoemd.

    Dit gebied wordt gekenmerkt door zeer veel vulkanische activiteit en aardbevingen.

    Slide 25 - Tekstslide

    Scenario 3:  Continentale lithosfeer botst met continentale lithosfeer
    De continentale lithosfeer van de ene plaat zal onder de continentale lithosfeer van de andere plaat in de asthenosfeer duiken. 

    Hierdoor zal een klein beetje subductie, maar vooral gebergtevorming (orogenese) plaatsvinden.

    Slide 26 - Tekstslide

    Scenario 3:  Continentale lithosfeer botst met continentale lithosfeer
    Doordat de continentale korst vooral gaat plooien en gebergtes vormen, krijg je minder opsmelting van het gesteente, en dus ook minder vulkanische activiteit.

    Dit gebied wordt wel gekenmerkt door aardbevingen.

    Slide 27 - Tekstslide

    Slide 28 - Tekstslide

    Een voorbeeld van gebergtevorming door het botsen van twee platen met continentale korst, is de Himalaya.

    Slide 29 - Tekstslide

    Leg uit in je eigen woorden waarom platen die naar elkaar toe bewegen destructief ("vernietigend") worden genoemd.

    Slide 30 - Open vraag

    Transforme of conservatieve plaatgrenzen:

    Platen bewegen langs elkaar heen.


      Door de zijdelingse bewegingen van de twee platen, komt er heel wat wrijving en spanning in de twee platen.

      Dit leidt tot aardbevingen en transformbreuken.

      Slide 31 - Tekstslide

      Een voorbeeld van zo'n transformbreuk is de San Andreas breuk in California.

      Slide 32 - Tekstslide

      Slide 33 - Tekstslide

      Slide 34 - Tekstslide

      Laten we even herhalen welke plaatbewegingen er bestaan.
      Sleep de juiste naam naar het juiste nummer.
      Platen bewegen uit elkaar
      Platen bewegen langs elkaar heen
      Platen bewegen naar elkaar toe
      Conservatieve plaatranden
      Transforme plaatranden
      Destructieve plaatranden
      Convergente plaatranden
      Divergente plaatranden
      Constructieve plaatranden

      Slide 35 - Sleepvraag

      Maar hoe komt dat nu dat de lithosfeerplaten bewegen op de asthenosfeer?

      Dit komt door de ongelijke verdeling van warmte in de aardmantel, naast de stroom van warmte vanuit de aardkern naar de koele buitenkant.

      Deze warmte vanuit de aardkern is afkomstig van het ontstaan van de aarde (oerwarmte) en van het uiteenvallen van radioactieve elementen in de aardkern.

      Slide 36 - Tekstslide

      De asthenosfeer bevat grote convectiecellen.

      1. Warme magma met een lage dichtheid wordt vanuit de mantel naar het aardoppervlak gebracht.

      2. Aan de midden-oceanische ruggen stolt het magma en wordt er nieuwe korst gevormd.

      3. De nieuwe korst koelt af en wordt zwaarder en zakt uiteindelijk terug in de aardmantel door subductie.

      4. Daar smelt het gesteente opnieuw en kan het proces herbeginnen.
      1.
      2.
      3.
      4.

      Slide 37 - Tekstslide

      Vanuit de asthenosfeer stijgt dus heet plastisch materiaal (magma) op. In eerste instantie duwt het magma de lithosfeer lichtjes omhoog.



      Op deze plaatsen kan de lithosfeer openscheuren. Er ontstaan hotspots (gloeipunten) en riftsterren. Meestal liggen dergelijke hotspots op een lijn, en krijg je dus een hele reeks riftsterren na elkaar.

      Er ontstaan riftarmen die 100den km lang kunnen zijn.

      Slide 38 - Tekstslide





      De riftarmen kunnen naar elkaar toe groeien. Hierdoor breekt de lithosfeer in platen.


      De riftarmen worden breder en breder waardoor de zee er kan instromen. Uiteindelijk wordt de zee een oceaan en wordt de rift een mid-oceanische rug.

      Slide 39 - Tekstslide

      Actieve riftvorming is op dit moment bezig in de Grote Slenk in Oost-Afrika.

      Slide 40 - Tekstslide

      De lithosfeer zelf helpt ook bij de convectie. De oceaanplaten worden na verloop van tijd zo zwaar en dik dat ze in de asthenosfeer zinken en de hele plaat meetrekken. Dit wordt subductietrekkracht genoemd.

      Slide 41 - Tekstslide

      Aan de andere kant van de plaat zijn de spreidingsruggen zo dik en zwaar dat ze vanzelf wegglijden van de plaatgrens. Dit wordt rugduwkracht genoemd.

      Slide 42 - Tekstslide

      De subductietrekkracht oefent echter de sterkste kracht uit. De zwaartekracht is de drijvende factor voor zowel de subductietrekkracht als de rugduwkracht. De lithosfeer speelt dus een actieve rol in het proces van de convectie.

      Slide 43 - Tekstslide

      Een hotspot is een plek op aarde waar vulkanisme plaatsvindt dat niet gerelateerd is aan plaatbewegingen zoals in de platentektoniek.

      De rode bolletjes op het kaartje hiernaast stellen alle hotspots op aarde voor.

      Slide 44 - Tekstslide

      Hotspots worden geïnterpreteerd als een plaats  waar een mantelpluim het aardoppervlak bereikt. Zo'n mantelpluim bestaat uit vloeibaar gesteente met een lagere dichtheid (magma).

      Tegenwoordig denkt men echter dat er op die plaatsen ook een verdunning van de lithosfeer is. Als het ware een zwakke plek in de lithosfeer.

      Slide 45 - Tekstslide

      Typisch voor een hotspot onder de oceaanbodem is het ontstaan van een keten van vulkanische eilanden, zoals vb. bij Hawaii.

      Slide 46 - Tekstslide

      Bestudeer goed deze figuren en beantwoord de  vragen in de volgende slides.

      Slide 47 - Tekstslide



      Vul in: De eilanden in een vulkanische eilandenketen worden steeds ....... naarmate ze verder van de hotspot zijn gelegen.
      A
      Ouder
      B
      Jonger

      Slide 48 - Quizvraag

      Leg in je eigen woorden uit hoe een keten van vulkanische eilanden ontstaat bij een hotspot onder de oceaanbodem.

      Slide 49 - Open vraag

      Zo, nu weet je alles over platentektoniek :)

      Bedankt om dit leerpad te doorlopen! Goed gewerkt!!

      Op Smartschool vind je ook een invulblad met enkele vragen om je net opgedane kennis in te oefenen.

      Slide 50 - Tekstslide