Uitdaging 4 Iedereen ontwerper - fictie/ non-fictie

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

fictie of non-fictie

een toneelstuk
A
fictie
B
non-fictie

Slide 2 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een reisgids
A
fictie
B
non-fictie

Slide 3 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een weerbericht
A
fictie
B
non-fictie

Slide 4 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een soap
A
fictie
B
non-fictie

Slide 5 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een
wetenschappelijk tijdschrift
A
fictie
B
non-fictie

Slide 6 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een gedicht
A
fictie
B
non-fictie

Slide 7 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een stripverhaal
A
fictie
B
non-fictie

Slide 8 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een festivalticket
A
fictie
B
non-fictie

Slide 9 - Quizvraag

fictie of non-fictie

fantasieverhaal
A
fictie
B
non-fictie

Slide 10 - Quizvraag

fictie of non-fictie

sciencefictionverhaal
A
fictie
B
non-fictie

Slide 11 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een biografie
A
fictie
B
non-fictie

Slide 12 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een cartoon
A
fictie
B
non-fictie

Slide 13 - Quizvraag

fictie of non-fictie

sprookjes
A
fictie
B
non-fictie

Slide 14 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een handleiding
A
fictie
B
non-fictie

Slide 15 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een recept
A
fictie
B
non-fictie

Slide 16 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een krantenartikel
A
fictie
B
non-fictie

Slide 17 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een
EuroMillions biljet
A
fictie
B
non-fictie

Slide 18 - Quizvraag

Fictie of non-fictie

CSI Miami
A
fictie
B
non-fictie

Slide 19 - Quizvraag

fictie of non-fictie

een
bestelformulier
A
fictie
B
non-fictie

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

fictie
=
Is geschreven fantasie van een schrijver. De schrijver neemt de werkelijkheid als uitgangspunt, maar verzint er zelf elementen bij of laat personen of gebeurtenissen weg. 

Slide 22 - Tekstslide

non - fictie
 =
Zijn feiten gebaseerd op de werkelijkheid. Niets is verzonnen, alles kan je terugvinden in de werkelijkheid. 

Slide 23 - Tekstslide