Tijdvak 2 introductie H4

Leerdoelen tijdvak 2
Je kunt:
  • de Atheense democratie vergelijken met onze democratie
  • voorbeelden geven van Griekse en Romeinse bouw- en   beeldhouwkunst
  • de groei en ontwikkeling van het Romeinse Rijk uitleggen
  • beschrijven hoe het christendom is ontstaan
Je leert:
  • hoe je moet werken met bronnen(stappenplan)
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leerdoelen tijdvak 2
Je kunt:
  • de Atheense democratie vergelijken met onze democratie
  • voorbeelden geven van Griekse en Romeinse bouw- en   beeldhouwkunst
  • de groei en ontwikkeling van het Romeinse Rijk uitleggen
  • beschrijven hoe het christendom is ontstaan
Je leert:
  • hoe je moet werken met bronnen(stappenplan)

Slide 1 - Tekstslide

In de les (1)
Leerdoelen:
  • de Atheense democratie vergelijken met onze democratie
  • voorbeelden geven van Griekse en Romeinse bouw- en beeldhouwkunst
  • Terugkomen op huiswerk: blz.  23 t/m 26

Slide 2 - Tekstslide

Ontwikkeling van wetenschappelijk denken en denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat

Slide 3 - Tekstslide

Atheense democratie

Slide 4 - Tekstslide

Directe democratie op de Pnyx

Slide 5 - Tekstslide

Griekse filosofie
Denken over:
  • de natuur (hoe kun je natuurverschijnselen verklaren?)
  • het goede (wat is goed gedrag?)
  • politiek (hoe moet je een polis besturen?)

Slide 6 - Tekstslide

Klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur
Romeinen nemen veel van de Griekse architectuur, kunst 
en filosofie over
Bijvoorbeeld:
drie zuiltypen


Slide 7 - Tekstslide

Dorisch     Ionisch     Korinthisch

Slide 8 - Tekstslide

In de les 
Aan de slag met bron E.  Beantwoord de volgende vragen:
a. Wat voor soort bron is het?
b. Waar is de bron gemaakt?
c. Wanneer is de bron gemaakt?
d. Wie heeft de bron gemaakt?
e. Welk(e) kenmerkend(e) aspect(en) hoort(horen) bij de bron?
f. Is de bron representatief? Waarom wel/niet?
g. Is de bron betrouwbaar? Waarom wel/niet?

Slide 9 - Tekstslide

In de les (2)
Leerdoel:
  • de groei en ontwikkeling van het Romeinse Rijk uitleggen
  • Terugkomen op huiswerk: blz.  29 t/m 32

Slide 10 - Tekstslide

Groei van het Romeinse Rijk en uiteindelijk het einde van het West-Romeinse Rijk
Romeinse leger
Van republiek naar keizerrijk

Slide 11 - Tekstslide

Triomfzuil van Trajanus (98-117)

Slide 12 - Tekstslide

Strijd tegen de Daciers

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Romanisering in NL

Slide 15 - Tekstslide

Einde West-Romeinse Rijk en gevolgen
  • West-Romeinse Rijk verzwakt
  • Volksverhuizingen
  • Valt uiteen in Germaanse koninkrijken
  • Steden worden kleine dorpen
  • Wegen worden niet meer onderhouden
  • Handel en nijverheid namen sterk af


Slide 16 - Tekstslide

In de les 
Aan de slag met bron F en G . Beantwoord steeds de volgende vragen:
a. Wat voor soort bron is het?
b. Waar is de bron gemaakt?
c. Wanneer is de bron gemaakt?
d. Wie heeft de bron gemaakt?
e. Welk(e) kenmerkend(e) aspect(en) hoort(horen) bij de bron?
f. Is de bron representatief? Waarom wel/niet?
g. Is de bron betrouwbaar? Waarom wel/niet?

Slide 17 - Tekstslide

In de les (3)
Leerdoel:
  • beschrijven hoe het jodendom en het christendom zijn  ontstaan
  • Terugkomen op huiswerk: blz.  35 t/m 38

Slide 18 - Tekstslide

Ontwikkeling van het jodendom en christendom als eerste monotheïstische godsdiensten
Monotheïsme
Jodendom
Christendom
Van sekte tot staatsgodsdienst

Slide 19 - Tekstslide

Menora symbool jodendom

Slide 20 - Tekstslide

Kruisiging symbool chr.dom

Slide 21 - Tekstslide

In de les 
Aan de slag met bron H . Beantwoord steeds de volgende vragen:
a. Wat voor soort bron is het?
b. Waar is de bron gemaakt?
c. Wanneer is de bron gemaakt?
d. Wie heeft de bron gemaakt?
e. Welk(e) kenmerkend(e) aspect(en) hoort(horen) bij de bron?
f. Is de bron representatief? Waarom wel/niet?
g. Is de bron betrouwbaar? Waarom wel/niet?

Slide 22 - Tekstslide