Schimmels en bacteriën
1 / 17
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Vul je naam even in. Zodat ik aan het eind kan controleren wie er was
Slide 2 - Open vraag
Naar welk kenmerk kijken we om een organisme in te delen in het domein van de 'prokaryoten' of 'eukaryoten'?
Slide 3 - Open vraag
Welke van deze twee groepen behoort tot het domein 'prokaryoten'?
A
Schimmels
B
Bacteriën
Slide 4 - Quizvraag
Een gist is een meercellige schimmel
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Penicilline is een geneesmiddel tegen schimmels
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Hoe planten schimmels zich voort?
A
Zaden
B
Sporen
Slide 7 - Quizvraag
Wie voeden zich met dode resten van organismen?
A
Schimmels
B
Bacteriën
C
Schimmels en bacteriën
Slide 8 - Quizvraag
Een schimmel heeft een celkern
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Geef aan wie een rol speelt bij elk voedingsmiddel. Sleep de voedingsmiddelen (groen) naar het juiste gele vak (schimmel of bacterie).
Schimmels
Bacteriën
Yoghurt
brie
wijn
bier
champignon
brood
zuurkool
Slide 10 - Sleepvraag
De meeste schimmels zijn opgebouwd uit lange, dunne draden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Is een paddenstoel een organisme of een orgaan?
A
Een organisme
B
Een orgaan
Slide 12 - Quizvraag
De technieken voor het gebruik van schimmels bij de productie van
voedingsmiddelen worden al eeuwenlang toegepast.
Wat is de verzamelnaam voor deze techniek?
voedingsmiddelen worden al eeuwenlang toegepast.
Wat is de verzamelnaam voor deze techniek?
Slide 13 - Open vraag
In afbeelding 11 zie je een schematische tekening van een penseelschimmel.
In welk deel van de penseelschimmel ontstaan de sporen?
In welk deel van de penseelschimmel ontstaan de sporen?
A
1
B
2
C
3
Slide 14 - Quizvraag
Hoe planten bacteriën zich voort?
A
Celdeling
B
Sporen
C
Celdeling of sporen
Slide 15 - Quizvraag
In de bodem ruimen bacteriën de resten van dode organismen op.
Slide 16 - Open vraag
Stel je bent ziek geworden door een bacterie. Welk middel gebruiken we als geneesmiddel?
