ML5 Parlementaire democratie

ML5 Parlementaire democratie 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

ML5 Parlementaire democratie 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen:
  • ik ken het verschil tussen een directe en een indirecte democratie
  • ik weet wat er met algemeen belang wordt bedoeld
  • ik ken de kenmerken van een parlementaire democratie
  • ik ken de scheiding der machten in Nederland
  • Ik weet wie er bij de uitvoerende en de wetgevende macht in mijn gemeente horen

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling:
Wat is een democratie?

Slide 3 - Open vraag

Montesquieu bedacht de"Trias Politica" of "scheiding der machten" .

Drie machten:
1. Wetgevende macht: Deze macht heeft het recht om wetten in te voeren of af te keuren. (parlement)
2. Uitvoerende macht: Deze macht zorgt ervoor dat wetten worden uitgevoerd
(premier  en de regering).
3. Rechtsprekende macht: Deze macht controleert of de wetten worden nageleefd. (de gerechtshoven)

- De drie machten mogen nooit in handen van één persoon komen.



Deze dia kennen
Scheiding der machten

Slide 4 - Tekstslide

Deze dia kennen

Slide 5 - Tekstslide

Dit is in alle bestuurslagen van Nederland zo geregeld.
Deze dia kennen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Parlementaire democratie
Parlementaire democratie = een land waar een gekozen parlement de macht heeft.

Een parlementaire democratie is ook een rechtsstaat.
Rechtsstaat = een land waarin de rechten en plichten van burgers en van de overheid zijn vastgelegd in de grondwet.

In een parlementaire democratie zijn vrije en geheime verkiezingen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze dia kennen

Slide 9 - Tekstslide

Grondwet
In een grondwet staan rechten van burgers en regels voor het regeren.

Burgerrechten zijn grondrechten of mensenrechten
vb vrijheid van meningsuiting


Slide 10 - Tekstslide

Internetvraag:
Zoek 5 andere grondrechten op.

Slide 11 - Open vraag

Welke grondrechten zijn er?
grondrechten


Je moet op de toets minimaal 5 grondrechten kunnen noemen. 

Slide 12 - Tekstslide

Welk grondrecht vind jij belangrijk? Geef aan waarom!

Slide 13 - Open vraag

Deze dia kennen

Slide 14 - Tekstslide

Deze dia kennen

Slide 15 - Tekstslide

Deze dia kennen

Slide 16 - Tekstslide

Dit is in alle bestuurslagen van Nederland zo geregeld.
Deze dia kennen

Slide 17 - Tekstslide