Lidwoord en zelfstandig naamwoord (Les 1 van herhalen)

Lidwoorden en Zelfstandige naamwoorden
(Les 1 van het herhalen)
Productdoel: Ik weet wat lidwoorden en zelfstandige naamwoorden zijn

Procesdoel/ competentie: 
Ik laat zien dat ik leergierig ben.
Ik kan lidwoorden en zelfstandige naamwoorden herkennen in een zin. 



1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Lidwoorden en Zelfstandige naamwoorden
(Les 1 van het herhalen)
Productdoel: Ik weet wat lidwoorden en zelfstandige naamwoorden zijn

Procesdoel/ competentie: 
Ik laat zien dat ik leergierig ben.
Ik kan lidwoorden en zelfstandige naamwoorden herkennen in een zin. 



Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn woordsoorten?
Woordsoorten zijn eigenlijk een soort 'families'.  Elk woord in de Nederlandse taal kun je onderverdelen in zo'n familie.
Door woordsoorten te kennen kun je zinnen beter begrijpen. Het helpt je ook bij het leren van een andere taal.

Slide 2 - Tekstslide

De woordsoorten die jij moet kennen zijn...
Lidwoord (lw)
Werkwoord (ww)
Zelfstandig naamwoord (zn)
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
voorzetsels (vz)

Slide 3 - Tekstslide

Welke lidwoorden ken je?

Slide 4 - Open vraag

De lidwoorden (lw) zijn:
de, het, een

Lidwoorden staan, of kun je in gedachten plaatsen, voor het zelfstandig naamwoord.

Slide 5 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een zelfstandig naamwoord (zn)

Slide 6 - Open vraag

0

Slide 7 - Video

Even proberen

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het zelfstandig naamwoord in de zin?

De demonstratie loopt volledig uit de hand.
A
volledig
B
hand
C
demonstratie
D
loopt

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het zelfstandig naamwoord in de zin?

Morgen zijn de leerlingen vrij.

Slide 10 - Open vraag

Noteer de zelfstandig naamwoorden.

Ik ga volgende zomer op vakantie naar Amerika.

Slide 11 - Open vraag

Kijk goed naar de woorden hieronder. Noteer alleen de woorden die een zelfstandig naamwoord zijn.

Beetje/ Tennisbal / Klok / Leuk / Blad / Wit / Schattig / Mond / Blauw / Negen / Erg / Koffie / Donker / Flatgebouw / Leeg / Groot / Stoel / Op / Fles / Boven​

Slide 12 - Open vraag

Maak een zin met minimaal 2 zelfstandig naamwoorden.

Slide 13 - Open vraag

Lidwoordzoeker
- Er zijn 45 lidwoorden verstopt in het lokaal.
- Voor elk lidwoord dat je met je groepje vindt krijg je 10 punten.
- Voor elke combinatie van 'DE/HET/EEN' krijg je 50 punten.
- Maak een groepje van 3 personen.
- Je hebt 3 minuten de tijd om zoveel mogelijk lidwoorden te vinden.

Slide 14 - Tekstslide

zelfstandig werken
- Je gaat naar Numo.nl
- Je maakt de taak van dinsdag 11 januari.
- Probeer zoveel mogelijk te maken zodat je maximaal aan het oefenen bent.
- Als deze les geconcentreerd en leergierig maakt dan helpt dit bij je AMN-toets die je over twee weken hebt. 
- Niet af? Dan kun je het afmaken op een moment dan je tijd over hebt.

Slide 15 - Tekstslide

evaluatie 

Slide 16 - Tekstslide