Les 4.8 + Herhaling H4

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Spelling 4.8 + Herhaling 4.3

Lesdoelen voor vandaag:

Aan het einde van de les kan/weet/heb ik:

• Weet je hoe je de verleden tijd van zwakke werkwoorden juist in een zin moeten zetten;
• Geoefend met de theorie van 4.3 Lezen
• Laten zien dat je klassikaal mee kan luisteren en in duo's opdrachten kan maken

Overzicht H4

WEEK 10: Lezen 4.3

WEEK 11: Woorden 4.5 en Grammatica 4.7

WEEK 12: 4.8 Spelling en 4.3 Lezen + een herhaling voor de toets

WEEK 13: Lezen 4.3 en herhaling (di) , TOETS H4 (woe)

4.8 Spelling

• Eerst krijg je een korte herhaling over de werkwoordenspelling
• Daarna maken wij de instapopdracht op pagina 74 en kijken we deze klassikaal na. 
• Vervolgens maken we klassikaal opdracht 3
• Tot slot maken jullie opdracht 4 en 5, deze kijken we na. 

Instructie hele klas

Wat: Opdracht 4 en 5 van paragraaf Spelling 4.8

Hoe: In jouw werkboek met behulp van de theorie. 

Hulp: Meneer van Dijk loopt rond en de persoon naast jou. 

Tijd: 10 minuten (+ 5 minuten nakijken)

Uitkomst: Ingevulde opdrachten 

Klaar: Opdracht 6 maken. Daarmee klaar? Verder gaan met de werkbladen van 4.3 Lezen!

DICTEE!

DICTEE!

1. cadeau                                 6. discussie
2. commentaar                     7. locatie

3. compliment                       8. product

4. creatief                                 9. reclame

5. chocola                                10. risico

Terug naar de klassikale instructie!

Samen plannen

Op jouw tafel ligt een overzicht van wat je moet leren voor de toets van H4. Kijk nu per dag wat je gaat leren!

De toets is op 29 maart

Tot morgen!

De opdrachten in de les van vandaag moeten morgen af!

Ook opdracht 6 moet je af hebben

4.8 Spelling 

Overzicht H4

WEEK 10: Lezen 4.3

WEEK 11: Woorden 4.5 en Grammatica 4.7

WEEK 12: 4.8 Spelling en 4.3 Lezen + een herhaling voor de toets

WEEK 13: Lezen 4.3 en herhaling (di) , TOETS H4 (woe)

Lesdoelen voor vandaag:

Aan het einde van de les kan/weet/heb ik:

• Weet je hoe je de meervoud van zelfstandige naamwoorden opschrijft;
• Heb je herhaald hoe je de verleden tijd van zwakke werkwoorden juist in een zelfgeschreven verhaal moeten zetten;
• Verder geoefend met de theorie van H4. 
• Laten zien dat je zelfstandig en fluisterend in duo's opdrachten kan maken.

Schrijf de meervoud op van de volgende drie woorden;

1) tas , 2) tafel, 3) café

Wat is een lettergreep en wat is een klemtoon?

Waar ligt de juiste klemtoon bij het woord 'kolonie'?

1. KO - lo - nie
2. ko - LO - nie
3. ko - lo - NIE

Waar ligt de juiste klemtoon bij het woord 'economie'?

1. E - co - no - mie
2. e - CO - no - mie
3. e - co - NO - mie
4. e - co - no - MIE

Instructie #1

Wat: Opdracht 8, 9 en 10 van paragraaf Spelling 4.8

Hoe: Door actief mee te doen (luisteren en vragen stellen!). 

Hulp: Meneer van Dijk en de theorie. 

Tijd: 15 minuten

Uitkomst: Ingevulde opdrachten

Klaar: Dan gaan we verder met de zelfstandige opdracht!

Instructie #2

Wat: Het verkeerd gespelde tekstje in de juiste spelling zetten. 

Hoe: Je schrijft het tekstje over, met de juiste spelling. 

Hulp: De theorie op pagina 75 en 77 

Tijd: 15 minuten + 10 minuten nakijken

Uitkomst: Een correcte tekst zonder spelfouten

Klaar binnen de 15 minuten?: Verder met opdracht 12 en 14 van 4.8. Daarmee klaar? Verder leren voor de toets van H4.

Nakijkmodel van de tekst

Hallo, ik wilde heel graag naar school fietsen. Maar door die bacteriën in de lucht was ik ziek geworden. Ik hoorde later thuis dat ik niet zo moest zeuren. Mijn vriend drukte op de deurbel. Ik vertelde hem gisteren al dat ik mij een beetje ziek voelde. Met zijn tweeën voel ik mij al minder ziek. Wij speelden de rest van de dag met de Playstation 5, op onze knieën voor de tv.  

Weet jij nu hoe je de verleden tijd van zwakke werkwoorden juist in een zin moet zetten?

En hoe je woorden in de meervoud moet zetten?

1. Beide een beetje...
2. Beter in de werkwoordenspelling
3. Beter in de meervoud
4. Beiden goed

Geef een tip en een top voor jouw eigen werkhouding; wat ging goed, maar wat kan beter?

Wat vond je van de opdracht?
Zeg het op deze manier:
"Ik vond deze opdracht ............. , want ..................

Lezen 4.3

• Oefenen op de online methode / in het boek
• Oefenen met werkbladen

Woorden 4.5 

• Woordjes overhoren in duo
• Oefenen op de online methode / in het boek

Grammatica 4.7 

• Oefenen op de online methode / in het boek
• Zelf zinnen maken en ontleden

Spelling 4.8

• Oefenen op de online methode / in het boek
• Opdracht 12 en 14!

Tot volgende week!

In SOM staat al het het huiswerk, bij vragen mag je een bericht via Teams sturen.