Gehandicaptenzorg 3e leerweg

Module 11 Fase 2 VZ/MZ
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Module 11 Fase 2 VZ/MZ

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les heb je:
Inzicht in de doelgroep, mogelijke oorzaken en kenmerken
Kennis over 3 syndromen
Kennis over de vormen van wettelijke vertegenwoordiging
inzicht in probleemgedrag

Slide 2 - Tekstslide

Doelgroepen
In de gehandicaptenzorg krijg je te maken met mensen die een beperking hebben.

 ‘Gehandicaptenzorg’ is een verzamelterm. 

Slide 3 - Tekstslide

0

Slide 4 - Video

Visiedocument Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg 2017-2022​

Persoonsgerichte zorg die bijdraagt aan de kwaliteit van leven van cliënten en hun eigen regie vergroot.​

Kernbegrippen:​
Normalisatie​
Integratie​
Individualisering



Slide 5 - Tekstslide

IQ, hoe zit dat?

Slide 6 - Tekstslide

Verstandelijke handicap 
Volgens de DSM als:
- er een score van 70 of lager is gehaald op een IQ test
- er blijvende beperkingen zijn in de sociale redzaamheid
- het voor het 18e levensjaar is ontstaan

Slide 7 - Tekstslide

Soorten IQ testen
WIPPSI
RAKIT
SON-R
WISC III / V
WAIS

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat kan een oorzaak zijn voor een verstandelijke handicap?

Slide 10 - Woordweb

Oorzaken
1. Prenatale oorzaken (voor de geboorte)​
Afwijking erfelijkheidsmateriaal​, Afwijking in verloop zwangerschap​, Alcoholgebruik moeder
2. Perinatale oorzaken (rondom de geboorte)​
Zuurstoftekort, bloeding
3. Postnatale oorzaken (vlak na de geboorte)​
Beschadiging van de hersenen, infectie, ongeval​





Slide 11 - Tekstslide

Zeer Ernstige Verstandelijke Beperking
Laag IQ <20 (1 jaar)​
Sterk vertraagde, vaak stilstaande ontwikkeling​
Totaal afhankelijk van anderen​
Vaak sprake van bijkomende stoornissen/beperkingen​
Veel probleemgedrag​
Weinig helder bewustzijn​
Eigen wereld met lust- en onlustgevoelens​
Reageren op vertrouwde situaties






Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Ernstige Verstandelijke Beperking
IQ tussen de 20-35 (1 tot 2 jaar)​
Vaag besef van ik en de buitenwereld​
Ontdekken speelt een belangrijke rol​
Weinig zelfredzaam​
Traag ontwikkelingstempo​
Veel structuur bieden (herkenbaarheid/rituelen)​
Gedrag toont aan dat er iets aan de hand is





Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Matige Verstandelijke Beperking
IQ tussen 35-55 (2 tot 4 jaar)​

Mogelijkheid tot communiceren​
Denkwereld beperkt tot tastbare dingen in de omgeving​
Bijna normale lichamelijke ontwikkeling​
Trage motoriek, vaak ongecontroleerde bewegingen​
In staat om eenvoudige dingen te leren​
Ingewikkelder verbanden leggen





Slide 16 - Tekstslide

Kunnen leren wat wel en niet mag​

Geweten is niet sterk ontwikkelt​
Soms kunnen zij kiezen wat zij willen​
Lichte ontwikkeling tijdsbesef​
Erg impulsief​
Kunnen situaties moeilijk beoordelen​
Begeleiding op voordoen en samendoen





Slide 17 - Tekstslide

Lichte Verstandelijke Beperking
IQ 55-70 (4 tot 12 jaar)​
Ontwikkeling lijkt eerst normaal, later blijkt dat vaardigheden traag aan te leren zijn​
Sociale contacten met diepgang​
Moeite om sociale situaties in te schatten​
Moeite om grenzen te bepalen (makkelijk te beïnvloeden)​
Tijdsbegrip goed ontwikkeld
Ondersteunen bij zelfstandigheid





Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Zwakbegaafd/Licht Verst. Handicap
Op grond van historische consensus in Nederland: Als er sprake is van ernstige, chronische beperkingen in de sociale redzaamheid, leerproblemen en/of gedragsproblemen, en een IQ van 70-85, dan kan dit als een Licht verstandelijke handicap worden opgevat.

Slide 20 - Tekstslide

Meervoudige beperking
= een verstandelijke beperking en een lichamelijke beperking​


2 groepen:​
Ernstige meervoudige beperking​
Gewone meervoudige beperking



Slide 21 - Tekstslide

Oorzaken EMB
Hersenbeschadiging (meestal)​

Chromosomale afwijking​
Infectie​
Stofwisselingsziekte​
Complicatie tijdens of na zwangerschap​

Gevolg -> Weinig tot geen compenastiemogelijkheden.​





Slide 22 - Tekstslide

Niet Aangeboren Hersenletsel
= verzamelnaam voor alle letsels aan de hersenen die ontstaan zijn na de geboorte.​


Zichtbare gevolgen:​  Verlamming, Incontinentie​, Epilepsie​
Gevoelsstoornis​
Onzichtbare gevolgen: problemen cognitie en meer






Slide 23 - Tekstslide

Welke woonvormen in de gehandicaptenzorg ken je?

Slide 24 - Woordweb

Woonvormen
Intramurale instelling​
Begeleid zelfstandig wonen/Ambulant/Extramuraal​
Thuis wonen


Slide 25 - Tekstslide

Rechtspositie
De wet maakt onderscheid in:​

1. Handelingsbekwaam​
2. Handelingsonbekwaamheid​
-> soms wel in staat tot een rechtshandeling​
-> wettelijke vertegenwoordiger



Slide 26 - Tekstslide

3 vormen wettelijke vertegenwoordiging
1. Onder curatele stellen: Handelingsonbekwaam​
Bijna niets zelf beslissen​
2. Onderbewindstelling​: Handelingsbekwaam​
Met name voor financiën​
3. Mentorschap​: Handelingsbekwaam​
Belangenbehartiger op verpleging, verzorging en behandeling​









Slide 27 - Tekstslide

Syndromen

Slide 28 - Tekstslide

= het tegelijk voorkomen van dezelfde (opvallende) kenmerken, bij 1 bepaalde afwijkingen met dezelfde oorzaak.​


Syndromen bij verstandelijke handicap -> behalve de verstandelijke beperking zijn er nog een bepaald aantal andere (opvallende) kenmerken aanwezig zijn die bij elkaar horen.

Slide 29 - Tekstslide

Opdracht
Werk 1 van deze syndromen uit:
Syndroom van Down
Fragile X syndroom
Rett syndroom

Slide 30 - Tekstslide

Koppel de symptomen aan het juiste syndroom

1. Tussen de 6-18 maanden de eerste symptomen.
2. Getypeerd als vriendelijk en goedaardig.
3. Lage spierspanning, algehele spierslapte.
4. Beloop in 4 verschillende fasen.
5. Grote afstaande oren.

6. Langgerekt gezicht met brede kin en een hoog, breed voorhoofd.
7. Meestal sluik, dun haar.
8. Extra huidplooi van het binnenste ooghoek.
9. Klein schedel en weinig achterhoofd.
10. Overbeweeglijke gewrichten en een forse lichaamsbouw.
11. Verkeren graag in gezelschap.
12. Grote testikels, wel normaal vruchtbaar.
Er is een fase waarin de ontwikkelde communicatievaardigheden achteruitgaan. 











Slide 31 - Tekstslide

Syndroom van Down 

Slide 32 - Tekstslide

Fragile X

Slide 33 - Tekstslide

Rett
Een meisje met Rett heeft een X-chromosoom met het "slechte" gen; jongens niet leefbaar      .

Slide 34 - Tekstslide

Probleemgedrag

Slide 35 - Tekstslide

Wanneer is gedrag, probleemgedrag?

Slide 36 - Woordweb

Oorzaken probleemgedrag
1. Biologisch
2. Psychologisch
3. Sociaal

Slide 37 - Tekstslide

Biologische factoren
De stoornis die ten grondslag ligt aan de verstandelijke beperking.​

Beperkingen door de beschadiging:​
Verminderd controle over emoties.​
Verminderd concentratievermogen.​
Niet goed functionerend geheugen.​
Problemen met het verwerken van prikkels.​
Beperkte communicatieproblemen.​





Slide 38 - Tekstslide

Psychologische factoren
Veelal verminderde psychische draagkracht.​
Voorbeelden:​
Onzeker​
Onveilig​
Snel uit balans​
Vertraagde sociale-emotionele ontwikkeling​





Slide 39 - Tekstslide

Sociale factoren
Zijn de risicofactoren die met de leefomgeving en relaties met andere mensen te maken hebben.​ 
Voorbeelden:​
Overvragen en ondervragen​
Tolereren ongewenst gedrag​
Ontbreken van aandacht​
Ongeschikte groepssamenstelling​
Gebrek aan structuur in de leefomgeving​
Gebrek aan privacy;​ gebrek aan leefruimte








Slide 40 - Tekstslide

In stand blijven gedrag
1. Het gedrag heeft een betekenis. Als je dit niet begrijpt, blijft het gedrag bestaan.​

2. Bekrachtiging. Het heeft positieve gevolgen voor de zorgvrager.​
Plezierige sensaties​, Aandacht, Bereiken van iets wat de zorgvrager wil​, Overstemmen van onlustgevoelens en/of afreageren van spanning​





Slide 41 - Tekstslide

Aanpak probleemgedrag
Diagnostische fase​

Planningsfase​
Uitvoeringsfase -> ​
In het begeleiden 4 R’s belangrijk!​
Evaluatiefase



Slide 42 - Tekstslide

De 4 R's
Respecteren​

Ruimte geven​
Rationeel zijn​
Realistisch blijven​


Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

GHZ module 11: VZ/MZ

Slide 46 - Tekstslide