Les 1 Onderwerp kiezen

BINNEN DE LOGISTIEK 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
HandelMBOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

BINNEN DE LOGISTIEK 

Slide 1 - Tekstslide

Tijdspad
Week 1: Kies een onderwerp & ontwerpen PvA
Week 2: Indienen PvA & start onderzoek
Week 3: vervolg onderzoek + start uitwerken
Week 4: Uitwerken onderzoek
Week 5: Uitwerken onderzoek
Week 6: Afronden werkstuk volgens format 
Week 7: Eerste ronde presentaties
Week 8: Vervolg presentaties
Week 9: Herkansingen 

Slide 2 - Tekstslide

Doel van de les
  • Je bent in staat te bepalen welke bronnen valide zijn en welke niet
  • Je weet wat de ondelen van het PvA zijn
  • Je weet welk onderwerp je de komende 6 weken wil uitwerken

Slide 3 - Tekstslide

De opdracht
"Doe onderzoek naar actualiteiten en / of ontwikkelingen in de logistiek"


Oefening
Oefening: Als groep in 10 minuten zoveel mogelijk actualiteiten en / of ontwikkelingen in de logistiek op paier zetten. 
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Nog meer onderwerpen

  • E-commerce 
  • E-fulfilment 
  • MVO 
  • Automatisering / robotisering 
  • Internationale samenwerking 
  • Veranderende banen
Opdracht 2:
Werk zelfstandig uit...

  • Welk onderwerp spreekt jou het meeste aan?
  • Waarom spreekt dit jou aan?
  • Wat heeft dit met logistiek te maken?
  • Waarom denk je dat dit onderwerp relevant & actueel is

#bewaardezeopdrachtscheeltveelwerk!
timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

Maar eerst een plan van aanpak
In het PvA zit tenminste...................

1 a4-tje
Een uitgebreide beschrijving van het onderwerp
Vermelding van minimaal 3 informatie bronnen
Waarvan minimaal twee verschillende
Een tijdsplanning (wanneer doe je wat, welke bron etc)

Slide 6 - Tekstslide

Hoe weet je of een bron valide is

Slide 7 - Open vraag

Niet-internetbronnen
Let bij het beoordelen van niet-internetbronnen op de volgende criteria:

Autoriteit
• Wie is de auteur? Is dit een deskundige? Is hij/zij nog actief op dit vakgebied?
• Van welke organisatie of instelling komt de informatie? Wat zegt dit over de kwaliteit?
• Is de informatie geredigeerd? Is dit een deskundige redactie?

Inhoud
• Voor welke doelgroep, met welke intentie is het materiaal samengesteld? (bijv. propaganda, reclame, wervende tekst)
• Bevat de bron vooral feiten of meningen? Worden meningen met feiten onderbouwd?
• Is de informatie volledig? (Alle invalshoeken worden benaderd)
• Is deze informatie juist? Komt het overeen met andere bronnen?

Slide 8 - Tekstslide

Niet-internetbronnen
Tijd
• Is de informatie nog geldig?
• Wanneer is het materiaal uitgegeven? Is de inhoud daarmee verouderd?
• Is deze informatie nog juist? Komt het overeen met andere bronnen?

Waarde
• Noten, citaten en literatuuropgave maken informatie controleerbaar.
Je kunt de bronnen die de auteur gebruikt heeft zelf lezen om te zien of je het met zijn interpretatie eens bent. Als informatie niet controleerbaar is, is ze minder betrouwbaar.
• Hoe wordt het materiaal gewaardeerd door deskundigen?
• Wordt het materiaal ook vermeld in andere bronnen?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Internetbronnen
Autoriteit
• Wie is verantwoordelijk voor de site?
• Wie is de auteur van de informatie? Is dit een deskundige? Is hij/zij nog actief op dit vakgebied?
• Wie kan er nog meer informatie aanpassen? Op Wikipedia hangt er maar vanaf wie het laatst de informatie heeft bijgewerkt of de informatie betrouwbaar is.
• Van welke organisatie of instelling is de site? Wat zegt dit over de kwaliteit van de informatie?
• Kun je contact opnemen met de auteur of de verantwoordelijke van de site? Als er alleen een e-mailadres staat, ben dan op je hoede. Iedereen kan zelf een domeinnaam verzinnen en laten registreren en daarmee zijn eigen e-mailadres verzinnen. Daarnaast is niet makkelijk te traceren welke persoon er achter het e-mailadres zit. Als de site een normaal postadres bevat dan komt dit al een stuk betrouwbaarder over.
• Zijn de logo’s wel officieel en kloppen die met het beeld van de site en het beeld dat je van zo'n organisatie mag verwachten? Denk bijv. aan de bankfraude mailtjes.
• Welk soort site is het? Wat zegt dit over de kwaliteit van de informatie?
• commerciële (.com)
• persoonlijke (bijv. xs4all in adres)
• overheidssite (bijv. .gov, .mil, .us)
• academische site (bijv. .edu)?
Inhoud
• Voor welke doelgroep, met welke intentie is het materiaal samengesteld? Is de informatie misschien gekleurd of zelfs gecensureerd? (bijv. propaganda, reclame, wervende tekst)
• Is de informatie geredigeerd? Dit gebeurt over het algemeen niet bij sites.
• Bevat de bron vooral feiten of meningen? Worden meningen met feiten onderbouwd?
• Is de informatie volledig? (Alle invalshoeken worden benaderd)
• Zijn er verwijzingen naar gebruikte bronnen en kun je die bronnen ook terugvinden?
Tijd
• Is deze informatie (nog) juist? Komt het overeen met andere bronnen?
• Wanneer is de pagina voor het laatst bijgewerkt? Let op: sommige sites laten de datum van de pagina automatisch aanpassen. De informatie hoeft dan niet up-to-date te zijn.

Autoriteit 

• Wie is verantwoordelijk voor de site?
• Wie is de auteur van de informatie? Is dit een deskundige? Is hij/zij nog actief op dit vakgebied?
• Wie kan er nog meer informatie aanpassen? Op Wikipedia hangt er maar vanaf wie het laatst de informatie heeft bijgewerkt of de informatie betrouwbaar is.
• Van welke organisatie of instelling is de site? Wat zegt dit over de kwaliteit van de informatie?
• Kun je contact opnemen met de auteur of de verantwoordelijke van de site? Als er alleen een e-mailadres staat, ben dan op je hoede. Iedereen kan zelf een domeinnaam verzinnen en laten registreren en daarmee zijn eigen e-mailadres verzinnen. Daarnaast is niet makkelijk te traceren welke persoon er achter het e-mailadres zit. Als de site een normaal postadres bevat dan komt dit al een stuk betrouwbaarder over.
• Zijn de logo’s wel officieel en kloppen die met het beeld van de site en het beeld dat je van zo'n organisatie mag verwachten? Denk bijv. aan de bankfraude mailtjes.
• Welk soort site is het? Wat zegt dit over de kwaliteit van de informatie?
• commerciële (.com)
• persoonlijke (bijv. xs4all in adres)
• overheidssite (bijv. .gov, .mil, .us)
• academische site (bijv. .edu)?

Internetbronnen

Slide 11 - Tekstslide

Internetbronnen vervolg
Inhoud
• Voor welke doelgroep, met welke intentie is het materiaal samengesteld? Is de informatie misschien gekleurd of zelfs gecensureerd? (bijv. propaganda, reclame, wervende tekst)
• Is de informatie geredigeerd? Dit gebeurt over het algemeen niet bij sites.
• Bevat de bron vooral feiten of meningen? Worden meningen met feiten onderbouwd?
• Is de informatie volledig? (Alle invalshoeken worden benaderd)
• Zijn er verwijzingen naar gebruikte bronnen en kun je die bronnen ook terugvinden?

Tijd
• Is deze informatie (nog) juist? Komt het overeen met andere bronnen?
• Wanneer is de pagina voor het laatst bijgewerkt? Let op: sommige sites laten de datum van de pagina automatisch aanpassen. De informatie hoeft dan niet up-to-date te zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Start plan van aanpak

Slide 15 - Tekstslide