In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 100 min
Onderdelen in deze les
Huiswerk:
2,4,6,7,8
9, 13, 14, 15,16
van H9
Slide 1 - Tekstslide
Wat weet je over:
Lineaire groei
Slide 2 - Woordweb
Wat weet je over:
Exponentiële groei
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Tekstslide
Lineaire groei
Algemene formule:N=at+b
a=richtingscoeficiënt
b=snijpunt met y-as
Grafiek is een rechte lijn
Een hoeveelheid neemt per tijdseenheid met hetzelfde getal toe of af.
Slide 5 - Tekstslide
Exponentieële groei
Algemene formule N=
b=beginhoeveelheid
g=groeifactor per tijdseenheid
Een hoeveelheid wordt per tijdseenheid met hetzelfde getal (groeifactor) vermenigvuldigd
b⋅gt
Slide 6 - Tekstslide
Lesdoel
Formule bij een lineair verband opstellen.
Formule bij een exponentieël verband opstellen.
Slide 7 - Tekstslide
Oefenopgave
LINEAIRE GROEI
Een hoeveelheid N groeit lineair. Op t=5 is N=688 en op t=12 is N=800.
Stel de formule op van N.
N=at+b
Stap 1 RC berekenen
Stap 2 Beginwaarde berekenen
Stap 3 Formule van N opstellen
Slide 8 - Tekstslide
Oefenopgave
LINEAIRE GROEI
Een hoeveelheid N groeit lineair. Op t=5 is N=688 en op t=12 is N=800.
Stel de formule op van N.
N=at+b
Stap 1
Stap 2
invullen t=5 en N=688 om b te berekenen geeft
688=16*5+b b=608
Stap 3
N=16t+608
a=rc=12−5800−688=7112=16
Slide 9 - Tekstslide
Een hoeveelheid H groeit lineair. Op t=5 is H=250 en op t=12 is H= 390. Stel de formule op van H. (vb: H=15t+23)
Slide 10 - Open vraag
Uitwerking
H=at+b
a=
t=5 en H=250 invullen om b te berekenen geeft
250=20*5+b
b=250-100=150
H=20t+150
12−5390−250=7140=20
Slide 11 - Tekstslide
Had je de vraag goed? Maak vraag 4 (blz 13 deel 3)
Had je de vraag niet goed, maak dan ook vraag 2 (blz 12)
Slide 12 - Tekstslide
vraag 6 samen -> hw: (2) 4, 6, 7, 8
en daarna (donderdag) oefenen met exponentiele groei
Slide 13 - Tekstslide
Oefenopgave
EXPONENTIËLE GROEI
In een flatgebouw neemt het aantal kakkerlakken N elke week met 8% toe. Op 1 mei 2010 waren er 850 kakkerlakken. Stel de formule van de groei van het aantal kakkerlakken. Neem de tijd t in weken met t=0 op 1 mei 2010.
Stap 1 Groeifactor berekenen
Stap 2 Beginwaarde bepalen
Stap 3 Formule van N opstellen
N=b⋅gt
Slide 14 - Tekstslide
Oefenopgave
EXPONENTIËLE GROEI
In een flatgebouw neemt het aantal kakkerlakken N elke week met 8% toe. Op 1 mei 2010 waren er 850 kakkerlakken. Stel de formule van de groei van het aantal kakkerlakken. Neem de tijd t in weken met t=0 op 1 mei 2010.
N=b*gt
Stap 1
g=1,08 (100+8)/100
Stap 2
b=850
Stap 3
N=850*1,08t
Slide 15 - Tekstslide
Marieke zet op 1 januari 2017 een bedrag van 3500 euro op haar spaarrekening tegen een rente van 1,25% per jaar. Stel de formule op van het bedrag B in euro's dat na t jaar op haar rekening staat. En stuur een foto door van je formule