Chapter 4 herhaling grammar

Chapter 4 herhaling grammar
- present continuous
- 'a' or 'an'
- imperative 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Chapter 4 herhaling grammar
- present continuous
- 'a' or 'an'
- imperative 

Slide 1 - Tekstslide

Present continuous 
Gebruik:
  • iets is nu aan de gang
  • iemand is nu iets aan het doen
I am explaining the present continuous.  

You are making notes.  


She is listening to the teacher.  

Slide 2 - Tekstslide

Present continuous 
Vorm:
1. vorm van 'to be': am / are / is
2. werkwoord
3. + -ing
am doing the dishes right now.


My parents are watching TV.
Verkorte vorm: I'm doing / She's listening / We're watching

Slide 3 - Tekstslide

Present continuous 
Spellingsregels:
  • Eindigt het werkwoord op een -e, dan valt de -e weg
(to have)     I am having lunch.
(to give)   He is giving us homework.

  • Werkwoord van 1 lettergreep met een korte klinker (a, e, i, o, u), verdubbel dan de medeklinker
(to put)     We are putting sugar in his tea.
(to run)   She is running a marathon.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

The boys ........... (ride) on their mopeds.
A
are riding
B
ride
C
riding
D
is riding

Slide 6 - Quizvraag

All the boys and girls ......... (dance).
A
dancing
B
dance
C
are dancing
D
is dancing

Slide 7 - Quizvraag

Sue ........ (play) tennis.
A
plays
B
is playing
C
are playing
D
playing

Slide 8 - Quizvraag

The girl ............ (make) a video film.
A
is making
B
make
C
are making
D
making

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

... PIECE OF CAKE
A
A
B
AN

Slide 12 - Quizvraag


... SNAKE
A
A
B
AN

Slide 13 - Quizvraag

... UNICORN
A
A
B
AN

Slide 14 - Quizvraag

... UMBRELLA
A
A
B
AN

Slide 15 - Quizvraag

... YELLOW BIRD
A
A
B
AN

Slide 16 - Quizvraag

... WHITE FEATHER
A
A
B
AN

Slide 17 - Quizvraag

Imperative (Gebiedende wijs)
You want to tell someone they have to do something.
Sit down!
Dit kan een bevel, waarschuwing, advies of aanwijzing zijn.

Je gebruikt de gebiedende wijs (in het Engels dus imperative) wanneer je iemand vertelt wat diegene moet doen. 
Dit kan een bevel, waarschuwing, advies of aanwijzing zijn.

5.2 The Imperative
De Gebiedende Wijs

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Wees op tijd!
A
Take your time.
B
Are on time.
C
Be on time.
D
Come in the right time.

Slide 20 - Quizvraag

Ga naar boven!
A
Turn up
B
Go upstairs
C
Go down
D
Up stairs

Slide 21 - Quizvraag

Schiet op!
A
Shoot up
B
Hurry up
C
Hurry on
D
No hurry

Slide 22 - Quizvraag


Vertaal: Lees jouw boek.
(to read)

Slide 23 - Open vraag


Vertaal: Poets je tanden.
(to brush)

Slide 24 - Open vraag


Vertaal: Niet praten!
(to talk)

Slide 25 - Open vraag