Herhaling 3 soorten sommen procenten

• Wiskunde
• MBO
• Studiejaar 1

Procenten. Hoe bereken je die ook alweer?

Wat weet je nog?,

Hoeveel % van deze
cirkel is gekleurd?

Hoeveel % van deze
cirkel is gekleurd?

1. 30%
2. 40%
3. 60%
4. 70%

3/4 =.......%

1. Een percentage berekenen

Hoeveel korting krijg je als je 35% korting krijgt op een broek die €59 kost?

100% = €59  

 1 % = € 59 / 100 = € 0,59 

35% = € 0,59 x 35 = € 20,65 

Met de verhoudingstabel

%	100	1	35
€	59	0,59	20,65

:100                x35

:100                 x35

Op een school met 700 leerlingen komt 4% van de leerlingen uit Afghanistan. Hoeveel leerlingen komen uit Afghanistan?

1. 7
2. 14
3. 28
4. weet ik niet

Een fiets kost normaal € 630.
Je krijgt 30% korting.
Hoeveel kost de fiets nu?

1. € 189
2. € 420
3. € 210
4. € 441

Met de verhoudingstabel

%	100	1	30
€	630	6,30	189

:100                x30

:100                x30

Snelle berekening:  630 : 100 x30 = 189 (KORTING)

Normaal kost je autoverzekering € 64 per maand. Je ontvangt een no-claim korting van 3%.
Hoeveel betaal je nu aan premie per maand?

1. € 62,08
2. € 63,00
3. € 62,10
4. € 64,45

Met de verhoudingstabel

%	100	1	3
€	64	0,64	1,92

:100                x3

:100                x3

Snelle berekening:  €64 : 100 x3 = €1,92 (KORTING)

2. Zelf een percentage berekenen

%	100	1	30,9
Volgers in totaal	680	6,8	210

:100          x30,9

:100              x30,9

Snelle berekening = deel / geheel x 100

                                       210 : 680 x100 = 30,9 

Een klas heeft 25 leerlingen.
20 leerlingen willen op niveau 3 doorstuderen. Hoeveel % van de leerlingen wil doorstuderen?

1. 20%
2. 60%
3. 40%
4. 80%

2. Zelf een percentage berekenen

%	100	20	80
Totaal aantal leerlingen	25	5	20

:5                 x 4

: 5                    x 4

Snelle berekening = deel / geheel x 100

20 : 25 x100 = 80% 

Een telefoon kost normaal € 300.
NU betaal je voor deze telefoon €210
Hoeveel % korting krijg je?

1. 20%
2. 40%
3. 30%
4. 70%

2. Zelf een percentage berekenen

%	100	1	70
€	300	3	210

:100          x70

:100              x70

Snelle berekening:  deel / geheel x 100

     210 : 300 x100 = 70%  (van de oude prijs) 

In 2021 had een school 620 leerlingen. In 2022 kreeg de school er 35 leerlingen bij. Met hoeveel % is het aantal leerlingen gestegen?
Rond het antwoord af op 1 decimaal.

1. 4%
2. 4,6%
3. 5,2%
4. 5,6%

Vorig jaar was mijn huur €750. Dit jaar is mijn huur met €30 gestegen. Met hoeveel % is mijn huur gestegen?

1. 3%
2. 4%
3. 5%
4. Geen idee

Vorige week had je 280 volgers, deze week heb je 322 volgers. Met hoeveel procent is het aantal volgers gestegen?

1. 15%
2. 12%
3. 11%
4. Geen idee

3. Stijging of daling in procenten

Oud getal                   280      = 100%

Stijging of daling      30             ?  %

Nieuw getal              310 

Formule =  deel   x 100

                      geheel

Vorig jaar had klas 1A 24 leerlingen.
Dit jaar heeft klas 1A 28 leerlingen.
Met hoeveel % is het aantal leerlingen gestegen?
Rond je antwoord af op 1 decimaal.

1. 14,2%
2. 16,6%
3. 16,7%
4. 17%

Vorig jaar verkocht een winkel nog 3600 paar schoenen. Dit jaar verkocht dezelfde winkel nog maar 1400 paar schoenen. Met hoeveel % is de verkoop van schoenen afgenomen?

1. 38,9
2. 39%
3. 61%
4. 61,1%

Nu zelf aan de slag met procenten