6.1 Het zintuigstelsel

Thema 6: zintuigen
Basisstof 6.1 Het zintuigstelsel
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Thema 6: zintuigen
Basisstof 6.1 Het zintuigstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zintuigen van de mens





Zintuigen = "meetapparatuur" om de omgeving waar te nemen
Alle zintuigen bij elkaar = zintuigstelsel

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zintuigen
De belangrijkste zintuigen liggen in:
je ogen, oren, neus, tong en huid

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Na deze les kan je:
- de werking van zintuigen van de mens beschrijven
- uitleggen wat de adequate prikkels van zintuigen zijn
-weet je wat een drempelwaarde is

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het ontstaan van impulsen: adequate prikkel
Elk type zintuig is gevoelig voor één soort prikkel:
geluid voor het oor,
geur voor de neus
druk, warmte, koude voor de huid,
licht voor het oog
smaak voor de tong
Dit noemen we een adequate prikkel.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drempelwaarde
Ieder zintuig is gevoelig vanaf een bepaalde hoeveelheid prikkels:
te weinig licht zie je niet,
te weinig geluid hoor je niet. Pas vanaf een bepaalde hoeveelheid geluid hoor je iets.

Dit noemen we de drempelwaarde

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De weg van een impuls
Pas bij overschrijding van de drempelwaarde wordt een prikkel een impuls.
Deze impuls gaat dus naar de grote hersenen, om verwerkt te worden.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je hoort heel zachtjes een hond blaffen in de verte.

Is de prikkel van geluid hoger dan de drempelwaarde?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je hoort heel zachtjes een hond blaffen in de verte.

Is de prikkel van geluid aangekomen in de hersenen?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Strikvraag: de prikkel komt niet aan maar de impuls
een prikkel wordt omgezet in een impuls
De adequate prikkel voor een oog is:
A
schaduw
B
licht
C
luchttrilling
D
moleculen in de lucht

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk zintuig is gevoelig voor de prikkel geluid?
A
Gehoorzintuig
B
Gezichtszintuig
C
Reukzintuig
D
Tastzintuig

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er met de drempelwaarde van je gehoor als je je concentreert om goed te luisteren?

A
De drempelwaarde wordt hoger.
B
De drempelwaarde wordt lager.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Heeft de neus van een hond een hogere of een lagere drempelwaarde dan jouw neus?
A
Hij is gevoeliger dus een hogere drempelwaarde
B
Hij is minder gevoelig dus een hoger drempelwaarde
C
Hij is gevoeliger dus een lagere drempelwaarde
D
Hij is minder gevoelig dus een lagere drempelwaarde

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



Gewenning 

Zintuigcellen ontvangen lange tijd dezelfde prikkel


= minder impulsen



Bijv:  druk van kleding dragen, geluiden van verkeer

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Motivatie 

Ben je heel aandachtig aan het luisteren


= lagere drempelwaarde geluid


Impuls wordt sneller herkent en verwerkt



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies