In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Reizen met de trein
Slide 1 - Tekstslide
Na deze les
Weet je hoe de spoorkaart van Nederland eruit ziet.
Weet je hoe het er op een perron aan toe gaat.
Weet je hoe je een vervoersbewijs moet gebruiken.
Ken je de gedragregels van het openbaar vervoer.
Slide 2 - Tekstslide
Reizen met de trein
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Video
Wat zijn 3 goede voorbeelden van openbaar vervoer?
A
fiets, bus, auto
B
bus, taxi, auto
C
trein, tram, bus
D
trein, tram, taxi
Slide 5 - Quizvraag
Ik vind reizen met het openbaar vervoer een goed idee!
πππππ
Slide 6 - Poll
Reizen met het openbaar vervoer is beter voor het milieu.
Ja
Nee
Slide 7 - Poll
Pictogrammen
Slide 8 - Tekstslide
Waarom zegt 1 PICTO "meer dan duizend woorden"?
Slide 9 - Woordweb
Slide 10 - Video
Wachtruimte
EHBO
Overstappen
Lift
Slide 11 - Sleepvraag
Informatiebord
Wat kun je ermee?
Slide 12 - Tekstslide
Dit is de spoorkaart van Nederland
Wat valt je op?
Slide 13 - Tekstslide
9292.nl
Wat kan je op deze site opzoeken?
Slide 14 - Tekstslide
De OV-chipkaart
Met de OV-chipkaart betaal ik voor de trein.
Slide 15 - Tekstslide
woorden bij de les:
de bus de bushalte
de tram de tramhalte
de ov-chipkaart zwart rijden - de boete
Zebra - de woorden hoofdstuk 11 les 1
Slide 16 - Tekstslide
ov chipkaart
inchecken
Slide 17 - Tekstslide
opladen - Geld op de OV-chipkaart zetten.
inchecken - Dan mag je gaan reizen.
Zebra - de woorden hoofdstuk 11 les 1
Slide 18 - Tekstslide
opladen - de spits het spoor
overstappen openbaar
vervoer
Zebra - de woorden hoofdstuk 11 les 1
Slide 19 - Tekstslide
Zijn er in jouw woonplaats trams?
En zijn er bussen?
Betaal je met een ov-chipkaart of met je pinpas?
Hoe weet je welke bus of tram je moet nemen?
En bij welke halte je moet uitstappen?
Praat met je buurman/buurvrouw
Slide 20 - Tekstslide
Geld op je OV-chipkaart
Slide 21 - Tekstslide
Steffie.nl
Ik ben Steffie en ik leg moeilijke dingen op een makkelijke manier uit. Bijvoorbeeld daten, DigiD, de OV-chipkaart en een bezoek aan de huisarts. Zo wordt de wereld weer iets eenvoudiger!
Slide 22 - Tekstslide
Vraag??
Waarvoor staat de afkorting
OV in de OV-chipkaart?
Slide 23 - Tekstslide
Vul een fomulier in.
Je ov-chipkaart is kapot
.
Je wilt een vervangede kaart en daarvoor moet je een formulier invullen.
Bedenk zelf de gegevens.
Slide 24 - Tekstslide
Ga naar 9292.nl
Je gaat reizen met de trein.
Je stapt in op station Rotterdam CS en
stapt uit in Maastricht Centraal
Datum: 24-10 -2023
Vertrektijd: 12.14 uur
Slide 25 - Tekstslide
Op welk station moet je overstappen?
Eindhoven, van spoor 1 naar spoor 2
Eindhoven op hetzelfde spoor
Je hoeft niet over te stappen.
Slide 26 - Poll
Hoeveel minuten heb je om over te stappen?
Slide 27 - Open vraag
Hoe laat kom je aan in Maastricht? En op welk spoor?
A
13.27 uur
spoor 2
B
14.30 uur
spoor 1
C
14.30 uur
spoor 2
Slide 28 - Quizvraag
Op welk spoor kom je aan in Eindhoven?
A
1
B
2
Slide 29 - Quizvraag
Hoe lang doe je over de hele reis?
A
1 uur & 6 minuten
B
1 uur & 16 minuten
C
2 uur & 6 minuten
D
2 uur & 16 minuten
Slide 30 - Quizvraag
Slide 31 - Tekstslide
Wat kost deze enkele reis?
A
β¬29,20
B
β¬29,30
C
β¬29,40
D
β¬29,50
Slide 32 - Quizvraag
Gedragsregels
Het ov is er voor iedereen.
Reizigers willen rustig, aangenaam en veilig reizen.
Er zijn regels gemaakt om het voor iedereen prettig te houden.