les 2e klas le personnel de l'hôtel

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 9 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

De gouvernante is verantwoordelijk voor het personeel in het hotel.
A
vrai
B
faux
C
Je ne sais pas

Slide 2 - Quizvraag

Le commis adviseert over de wijnen in het Franse restaurant.
A
vrai
B
faux
C
Je ne sais pas

Slide 3 - Quizvraag

La réceptionniste is verantwoordelijk voor het personeel achter de receptie in het hotel.
A
vrai
B
faux
C
Je ne sais pas

Slide 4 - Quizvraag

Ik ben met de fiets =
A
Je suis en bateau
B
Je suis en vélo
C
Je suis en avion
D
Je suis en voiture

Slide 5 - Quizvraag

Le chef de cuisine houdt zich veel bezig met financiën van de Franse hotelkeuken.
A
vrai
B
faux
C
Je ne sais pas

Slide 6 - Quizvraag

Ik ga met de boot.
A
Je suis en bateau.
B
Je vais en avion.
C
J'ai un bateau.
D
Je vais en bateau.

Slide 7 - Quizvraag

Wij gaan met de bus.
A
Nous sommes en bus.
B
Nous sommes en voiture.
C
Nous allons en bus.
D
Nous sommes en vélo.

Slide 8 - Quizvraag

Bruno Cozzi habite dans le septième arrondissment. In welk Parijs stadsdeel woont hij ?
A
in het 8e
B
in het 9e
C
in het 6e
D
in het 7e

Slide 9 - Quizvraag

La directrice porte des collants.
Wat draagt zij ?
A
pumps
B
panty's
C
een maatpak

Slide 10 - Quizvraag

Bruno Cozzi a une femme.
Wat is zijn relatiestatus ?
A
Hij is single.
B
Hij is getrouwd.
C
Hij heeft een vriendin.

Slide 11 - Quizvraag

Victor Chique adore son travail.
Wat vindt hij van zijn werk ?
A
Fantastisch ++
B
Prima +
C
Niet geweldig -
D
Helemaal niets --

Slide 12 - Quizvraag

De Rive Droite is de noordkant van Parijs.
A
vrai
B
faux
C
Je ne sais pas

Slide 13 - Quizvraag

Het 20e arrondissement ligt in het centrum van Parijs.
A
vrai
B
faux
C
Je ne sais pas

Slide 14 - Quizvraag

De Eiffeltoren is gebouwd voor de Olynpische Spelen in 1889.
A
vrai
B
faux
C
Je ne sais pas

Slide 15 - Quizvraag

Comment vous allez au travail betekent :
A
Wat doet u voor werk ?
B
Hoeveel verdient u ?
C
Hoe gaat u naar het werk ?
D
Woont u vlakbij het werk ?

Slide 16 - Quizvraag

Wat doet de commis de salle ?
A
serveren
B
gasten inchecken
C
personeelsbeleid

Slide 17 - Quizvraag

Waarover heeft de maître d'hôtel de leiding in het hotel ?
A
over alle hotelkamers
B
over het restaurant
C
over de directie
D
over de koks

Slide 18 - Quizvraag

Het eerste arrondissement ligt in het westen van Parijs.
A
Oui !
B
Non !

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide