Hoofdstuk 5.3

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 5.3 

Welkom! 

- Herhalen 5.1 en 5.2

- Uitleg over BTW 

- Opdrachten maken

- Nakijken 

- Einde les :( 

Productiefactoren 

K= Kapitaal

A= Arbeid

N= Natuur

O = Ondernemerschap 

Produceren = ....? Formele en informele productie? 

Bedrijfskolom

Kapitaalintensief of arbeidsintensief? 

Mechanisatie en automatisering

Arbeid = duur

Wat is de oplossing? 

Afzet

Aantal verkochte producten

Omzet

Afzet x verkoopprijs (zonder BTW!!) 

Inkoopwaarde en brutowinst

Omzet: Afzet x verkoopprijs

Inkoopwaarde: Afzet x inkoopprijs 

Brutowinst: Omzet-inkoopwaarde 

Nettowinst: Brutowinst-bedrijfskosten 

BTW 

BTW= Belasting Toegevoegde Waarde = Omzetbelasting 

Welke percentages hebben we in Nederland??? 

21% en 9%

Verkoopprijs

• Inkoopprijs
  
• brutowinstmarge
  __________________ +
• Verkoopprijs

Consumentenprijs

Verkoopprijs + btw = consumentenprijs

Voorbeeld:

Verkoopprijs = €11,40

Btw= 21%

Dus: Consumentenprijs is 11,40 x 1,21 = €13,79

9 % 

- Levensmiddelen

- Boeken

- Sommige diensten

21% 

- Op luxe goederen

- Op de meeste diensten 

(noemen we het normale tarief) 

Opdracht 

Wat: Maken opdracht 1-10

Hoe: Zelfstandig in stilte

Tijd: 10 minuten

Uitkomst: Kijken we na

Klaar? Controleer of je alle opdrachten gemaakt hebt