Herhalingsles T2

Cours de répétition
In deze les gaan we herhalen wat we hebben geleerd in trede 2. Daarnaast kijken we nog eens goed naar de toetsstof.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Cours de répétition
In deze les gaan we herhalen wat we hebben geleerd in trede 2. Daarnaast kijken we nog eens goed naar de toetsstof.

Slide 1 - Tekstslide

Voorwaarde voor de toets
Als je de toets wilt maken, MOET JE:

De opdracht 'Ma photo' hebben ingeleverd. (Learning portal -> trede 2 -> presentatie -> 'ma photo')

Slide 2 - Tekstslide

Toetsstof

Wit/Blauw: 
Leer de vocabulaire, de werkwoorden avoir en être, de kleuren, de getallen 1 t/m 20 en het bijvoeglijk naamwoord.

Rood: Leer de vocabulaire en de werkwoorden avoir en être en de getallen 1 t/m 20

Slide 3 - Tekstslide

Partie 1: vocabulaire
Leer de vocabulaire-lijst onder het kopje 'vocabulaire' in de portal. Leer deze Frans Nederlands. Ook de kleuren komen hierin terug
Weet je wat het verschil is tussen vrouwelijk en mannelijke woorden?

Slide 4 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen mannelijke en vrouwelijke woorden?
A
Extra -e bij vrouwelijk
B
Extra -e bij mannelijk
C
Extra -s bij vrouwelijk
D
Extra -s bij mannelijk

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Le verbe avoir (herhaling T1)
Ik heb
J'ai
Jij hebt
Tu as
Hij / zij / men heeft
Il / elle / on a
Wij hebben
Nous avons
Jullie hebben / u heeft
Vous avez
Zij hebben
Ils / elles ont

Slide 7 - Tekstslide

Le verbe être (herhaling T1)
Ik ben
Je suis
Jij bent
Tu es
Hij / zij / men is
Il / elle / on est
Wij zijn
Nous sommes
Jullie zijn/ u bent
Vous êtes
Zij zijn
Ils / elles sont

Slide 8 - Tekstslide

Les couleurs

Slide 9 - Woordweb

Les couleurs
Leer deze goed in de woordenlijst. De mannelijke EN de vrouwelijke vorm!

Wat was er speciaal met 'orange' en 'marron'?

Slide 10 - Tekstslide

Bijvoeglijke naamwoorden
Mannelijk enkelvoud
Stamvorm
Grand / petit
Vrouwelijk enkelvoud
+e
Grande / petite
Mannelijk meervoud
+s
Grands / petits
Vrouwelijk meervoud
+es
Grandes / petites

Slide 11 - Tekstslide

Kort zinnetje met
een bijv.nw
(une grande maison)

Slide 12 - Woordweb

D'autres questions?
Morgen is een toets moment. 

Bonne chance!

Slide 13 - Tekstslide