Kunstgeschiedenis - Vroeg Christelijk

In welke tijdsperiode
is Jezus Christus geboren?
A
Griekse periode
B
Romeinse periode
C
Vroeg-Christelijke periode
D
Byzantijnse periode
1 / 25
volgende
Slide 1: Quizvraag
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

In welke tijdsperiode
is Jezus Christus geboren?
A
Griekse periode
B
Romeinse periode
C
Vroeg-Christelijke periode
D
Byzantijnse periode

Slide 1 - Quizvraag

De  middeleeuwen 500-1500 NC
Belangrijke gebeurtenissen voor de start van de periode:
Einde van de vierde eeuw wordt het Christendom staatsgodsdienst.
De christelijke keizers maakten  een einde aan Olympische Spelen.
De christelijke keizers maakten  een einde aan Gladiatorenspelen.
Het Romeinse Rijk valt uiteen in Oost en West
Het west Romeinse rijk wordt al gauw binnengevallen door o.a. Germanen.
De Kerk wordt oppermachtig
Er ontstaat een feodaal stelsel (leenheren, horigheid)

Slide 2 - Tekstslide

Vroeg Christelijk



  • Geboorte Jezus begin jaartelling.
  • Christendom basis Westerse beschaving.
  • Monotheïsme: één god
  • Romeinen verbieden Christendom, maar in    geheim vele gelovigen.  
  • Geheime symbolen: Latijns kruis, vis,           lammeren, herder. 
  • 313: officiële godsdienst  Romeinse Rijk (bekering Constantijn).

Ca. 50 - 500

Slide 3 - Tekstslide

Hemel en hel

Slide 4 - Tekstslide

Catacomben
  • Geheime onderaardse begraafplaatsen.
  • Wegens wederopstanding begraven i.p.v.     gecremeerd zoals bij de Romeinen. 
  • Schuilplaats voor gelovigen.
  • Gebruikt voor godsdienstige   samenkomsten.  

Slide 5 - Tekstslide

Welke gebouwen van de Romeinen gebruikten de Christenen als kerk?
A
Tempels
B
Thermen
C
Arena's
D
Basilica's

Slide 6 - Quizvraag

Bouwkunst
  •  Basiliek (basilica).
  •  Binnenkant sterk versierd.
  •  Middenschip, zijbeuken,      arcaden, apsis.
  • Casetteplafond
Santa Sabrina op de Aventijn

Slide 7 - Tekstslide

VROEG CHRISTELIJKE KUNST 

Slide 8 - Tekstslide

VROEG CHRISTELIJKE KUNST 
Oude St. Pieterbasiliek, 4de eeuw n.C.

Slide 9 - Tekstslide

Schilderkunst
  • Verhalend (ongeletterdheid)
  • Symbolisch 
  • Romeinse kleding, ook stilistische overeenkomsten (maar eenvoudiger). 
  • Anoniem, kunst als ambacht. 

Slide 10 - Tekstslide

Beeldhouwkunst
  • Geen grote beeltenissen uit       angst voor afgodenverering.
  • Reliëfs
  • Romeinse kenmerken
  • Christelijke onderwerpen 
Junius Bassus sarcofaag
Jezus tussen Petrus en Paulus
De Goede Herder, ca. 300
92 cm hoog

Slide 11 - Tekstslide

BYZANTIJNSE KUNST
SCHILDERKUNST

BEELDHOUWKUNST

ARCHITECTUUR

Slide 12 - Tekstslide

Byzantijnse kunst
  • 500 - 1453 
  • Byzantium => Constantinopel => Istanbul
  • 330:  Byzantium hoofdstad Romeinse Rijk.   Keizer Constantijn => Constantinopel.   
  • 394: Christendom staatsgodsdienst. 
  • Ravenna ook belangrijk centrum.
  • Keizers afgevaardigden van God. 
  • 1453 verovering door Turken, Byzantijnse     kunst alleen nog in Rusland. 

Slide 13 - Tekstslide

Byzantijnse kunst 500-1453
Byzantium, 
keizer Constantijn vernoemd de stad naar zichzelf : Constantinopel, (huidige Istanboel)
Aureool geeft aan dat het om een bovenaards persoons
gaat of een heilige.
goud = hemelse licht 

Slide 14 - Tekstslide

Schilderkunst en mozaïeken
  • (Orthodox) Christelijk
  • Verhalend vanwege ongeletterdheid. 
  • Klassieke normen gelden niet meer, geen 'heidense schoonheden’. 
  • Stilering geeft aan dat het niet om aardse   beelden gaat.
  • Weinig plasticiteit, statische composities.
  • Symbolisch kleurgebruik (purper duurste). 
  • Belangrijkste personen groter.
  • Zwarte contourlijnen bij mozaïeken.  
Mozaïek van keizerin Theodora (vrouw Justinianus)
6e eeuw, San Vitale, Ravenna

Slide 15 - Tekstslide

Christus Pantocrator
  • Christus als "heerser van alles"
  • Vaste regels: rechterhand 2 vingers (God-mens) + 3 vingers (drie-eenheid)  
  • IC XC = Jezus Christus.
  • Symbolisch kleurgebruik: purperrood, blauw en goud. 
  • Aureool

Slide 16 - Tekstslide

Byzantijnse kunst 
MERCHANDISING

Slide 17 - Tekstslide

Icoon
  • Houten paneel
  • Ter aanbidding
  • Magische functie
  • Langgerekte vingers en     gezicht, smalle neus, kleine   mond.

Slide 18 - Tekstslide

Bouwkunst
  •  Centraalbouw
  •  Binnenkant sterk versierd.
  •  Koepels.
  •  Pendentieven = leiden het gewicht van de      koepel af naar de vier pijlers, overgang            van vierkant naar cirkel.
Interieur San Vitale, Ravenna

Slide 19 - Tekstslide

Waar zie je centraalbouw?
A
B
C
D

Slide 20 - Quizvraag

Opbouw voorstellingen
  • Koepel: hemelse taferelen 
  • Pendentieven: leven van       Christus
  • Muren: heiligen 
Interieur San Marco, Venetië 

Slide 21 - Tekstslide

Wat is de oorspronkelijke naam van het huidige Istanbul?
A
Byzantion
B
Byzantium
C
Constantinopel
D
Alle drie de antwoorden zijn juist.

Slide 22 - Quizvraag

Centraalbouw
  • Symmetrie.
  • Cirkels, vierkanten.
  • Grieks kruis of     regelmatige veelhoek
Plattegrond Hagia Sophia (532-537)
San Vitale, Ravenna

Slide 23 - Tekstslide

Hagia Sophia, 532-537
  • ‘Heilige wijsheid’
  • 6e eeuw (later moskee). 
  • Gebouwd door wiskundigen. 
  • Grootste, overdadigste en kostbaarste gebouw tot dan toe. 
  • Grootste koepel (55 meter hoog), stortte in. 
  • Goddelijk licht door 40 ramen in koepel en goudmozaïek.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide