Engelse werkwoorden (n.2)

1 / 22
volgende
Slide 1: Video
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Ik (faxen) je die documenten vanavond nog. (pv tt)
A
fax
B
faxe

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Ik (coachen) al jarenlang een basketbalteam. (pv tt)
A
coach
B
coache

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Iedere winter (snowboarden) zij in de Franse Alpen. (pv tt)
A
snowboard
B
snowboarde
C
snowboardt

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Mieke (waxen) haar snowboard altijd voor ze op wintersport gaat. (pv tt)
A
waxt
B
waxed
C
waxet

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

5. Nova (stressen) vanwege de toets voor morgen. (pv tt)
A
strest
B
stresst
C
stressed

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

6. De bendeleider (pushen) de bendeleden altijd om dingen te doen die ze niet willen. (pv tt)
A
pushed
B
pusht
C
pushd
D
pushet

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

7. Gisteren (vloggen) ik over de nieuwe game Fifa.
A
vlogde
B
vlogte
C
vloggde
D
vloggte

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

8. Toen ik in de brugklas zat, (downloaden) ik veel muziek. (pv vt)
A
downloade
B
downloadde

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

9. Ik (timen) mijn voorzet daarnet verkeerd. De bal vloog dus recht in de handen van de keeper. (pv vt)
A
timde
B
timede
C
timende

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

10. De coureur (racen) jaren geleden nog zonder helm. (pv vt)
A
racede
B
racde
C
racete
D
racte

Slide 16 - Quizvraag

racen heeft s-klank
11. Morgen (upgraden) de ICT-specialist alle computersystemen. (pv vt)
A
upgrade
B
upgradet
C
upgradete
D
upgradede

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

12. Gisteren (upgraden) de ICT-specialist alle computersystemen. (pv vt)
A
upgradede
B
upgrade
C
upgradete
D
upgradde

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

13. Ik heb afgelopen zaterdag de hele middag (shoppen) met vriendinnen. (volt. dw)
A
geshopped
B
geshoppet
C
geshopd
D
geshopt

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

14. Tijdens hun eerste afspraakje hebben Carlijn en Willem (picknicken). (volt. dw)
A
gepicknicked
B
gepicknickd
C
gepicknickt

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

15. Vorige week (e-mailen) hij mij over het voorstel van de les.
A
e-maild
B
e-mailde
C
e-mailte
D
e-mailden

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

16. Ik had de documenten op mijn computer niet (saven). (volt. dw)
A
gesavd
B
gesafet
C
gesaved
D
gesavet

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies