Uitscheiding 2

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Doelen deze les
Je kunt verschillende observatiepunten bij uitscheiding benoemen
Je kunt afwijkingen bij uitscheiding benoemen

Slide 2 - Tekstslide

Zorg bij uitscheiding

Slide 3 - Woordweb

  • Urineren
  • Ontlasting
  • Braken
  • Sputum
  • Transpiratie
  • Menstruatie

Slide 4 - Tekstslide

Een ander woord voor plassen (urineren) is....?
A
Micro
B
Mictie
C
Meso
D
Macro

Slide 5 - Quizvraag

Urine bestaat uit water afvalstoffen, zout en overtollige vitamines.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Observeren urine:
  • Geur
  • Kleur
  • Hoeveelheid
  • Frequentie
  • Helderheid
  • Manier van urineren

Slide 7 - Tekstslide

Kleur:
  • Lich geel (helder) - Veel gedronken
  • Donkere urine - Weinig gedronken
  • Rode urine - Bloed in de urine
  • Bruine urine - Oud bloed/ leveraandoening

Slide 8 - Tekstslide

Bloed in de urine noem je ....?
A
Hematurie
B
Melaena
C
Melanine
D
Melatonine

Slide 9 - Quizvraag

Dit is een .....?
A
Schuitje
B
Trottoir
C
Urinaal
D
Vaginaal

Slide 10 - Quizvraag

Oberveren ontlasting:
  • Kleur
  • Geur
  • Frequentie 
  • Hoeveelheid
  • Samenstelling 
  • Manier van defeceren 
  • Spontaan verlies ontlasting

Slide 11 - Tekstslide

Een ander woord voor poep is...?
A
Defecatie
B
Decibel

Slide 12 - Quizvraag

Sleep het juiste woord met de juiste afbeelding.
Hematurie
Melaena
Sputum

Slide 13 - Sleepvraag

Dit gebruik je als de zorgvrager
A
Moet braken
B
Alleen moet urineren
C
Moet urineren en/of defeceren
D
Moet braken, urineren en defeceren

Slide 14 - Quizvraag

Als de zorgvrager moet braken dan pak je een?
A
Bekentje
B
Schuitje
C
Po
D
Urinaal

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Incontinentie: Ongewild verlies van urine (mictie) en/of ontlasting (defecatie).


Oorzaken: 
  • Niet goed werkende sluitspier (urine/ ontlasting)
  • Verzwakte Bekkenbodemspieren (urine/ ontlasting)
  • Vergroot prostaat/ prostaatoperatie (urine)
  • Urineweginfectie (urine)
  • Neurologische aandoeningen zoals MS/dwarslaesie (urine/ ontlasting)

 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

  • Niet volledig kunnen uitplassen/ Blaas niet volledig kunnen legen.

  • Bladderscan: maakt een echografie van de blaas. Hiermee meet je de hoeveelheid urine dat achterblijft na het urineren.

Slide 19 - Tekstslide

  • Een dun slangetje
  • Je kan kunstmatig urine uit de urineblaas laten aflopen.


  • Hoe:  Een steriele katheter, door de urinebuis (urethra) in de urineblaas gebracht, zodat  de blaas leeg loopt.



Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Lezen en maken hoofdstuk 3.10 en 3.11 van persoonlijke basiszorg 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide