Wegwijs in Routebeschrijvingen

Welkom
H1D
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
H1D

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Routebeschrijvingen
(van plaats naar plaats)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kan je een routebeschrijving begrijpen

Slide 3 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel van de les en leg uit wat de studenten aan het eind van de les zullen kunnen.
Wat weet jij al over routebeschrijvingen?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Soorten routebeschrijvingen
Er zijn verschillende soorten routebeschrijvingen, zoals tekstuele, visuele en gesproken routebeschrijvingen.

Slide 5 - Tekstslide

Introduceer de verschillende soorten routebeschrijvingen en leg uit wat ze betekenen.
Onderdelen van een routebeschrijving
Een routebeschrijving bestaat uit een vertrekpunt, eindbestemming en tussenliggende stappen.

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit welke informatie een routebeschrijving bevat en wat de belangrijkste onderdelen zijn.
Verbindingswoorden
Vaak worden verbindingswoorden gebruikt om de stappen in een routebeschrijving te verhelderen, zoals 'vervolgens', 'daarna' en 'ten slotte'.

Slide 7 - Tekstslide

Leg uit wat verbindingswoorden zijn en hoe ze gebruikt worden in een routebeschrijving.
Voorbeelden van verbindingswoorden
Andere voorbeelden van verbindingswoorden zijn 'eerst', 'dan', 'verderop', 'rechtsaf', 'linksaf' en 'ga rechtdoor'.

Slide 8 - Tekstslide

Geef enkele voorbeelden van verbindingswoorden die vaak gebruikt worden in routebeschrijvingen.
Tekstuele routebeschrijving
Een tekstuele routebeschrijving beschrijft de route in woorden en zinnen.

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit wat een tekstuele routebeschrijving is en hoe het gebruikt wordt.
Visuele routebeschrijving
Een visuele routebeschrijving toont de route op een kaart of plattegrond.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit wat een visuele routebeschrijving is en hoe het gebruikt wordt.
Gesproken routebeschrijving
Een gesproken routebeschrijving geeft de route aan in gesproken woorden, vaak gebruikt in navigatiesystemen.

Slide 11 - Tekstslide

Leg uit wat een gesproken routebeschrijving is en hoe het gebruikt wordt.
Oefenen met tekstuele routebeschrijvingen
Laat de studenten oefenen met het schrijven van een tekstuele routebeschrijving van hun huis naar school.

Slide 12 - Tekstslide

Laat de studenten in tweetallen werken en geef ze een aantal richtlijnen om hun routebeschrijving te schrijven.
Oefenen met visuele routebeschrijvingen
Laat de studenten oefenen met het maken van een visuele routebeschrijving van hun huis naar school.

Slide 13 - Tekstslide

Laat de studenten in tweetallen werken en geef ze een aantal richtlijnen om hun routebeschrijving te maken.
Oefenen met gesproken routebeschrijvingen
Laat de studenten oefenen met het geven van een gesproken routebeschrijving van hun huis naar school.

Slide 14 - Tekstslide

Laat de studenten in tweetallen werken en geef ze een aantal richtlijnen om hun routebeschrijving te oefenen.
Tips voor het begrijpen van een routebeschrijving
Lees de routebeschrijving zorgvuldig door, wees alert op verbindingswoorden en gebruik een kaart om de route te visualiseren.

Slide 15 - Tekstslide

Geef enkele tips aan de studenten om hen te helpen een routebeschrijving beter te begrijpen.
Oefenen met het begrijpen van een routebeschrijving
Laat de studenten oefenen met het begrijpen van een routebeschrijving door hen een tekstuele of visuele routebeschrijving te geven.

Slide 16 - Tekstslide

Laat de studenten in tweetallen werken en geef ze een aantal vragen om te beantwoorden over de routebeschrijving.
Routebeschrijvingen in het dagelijks leven
Routebeschrijvingen zijn handig bij het navigeren naar onbekende plaatsen, bijvoorbeeld op vakantie of tijdens een wandeling.

Slide 17 - Tekstslide

Leg uit hoe routebeschrijvingen gebruikt worden in het dagelijks leven en geef enkele voorbeelden.
Toets
Laat de studenten een routebeschrijving lezen en vragen beantwoorden om te testen of ze de lesstof begrijpen.

Slide 18 - Tekstslide

Maak een toets met enkele vragen over de verschillende soorten routebeschrijvingen en hoe ze begrepen worden.
Terugblik
Vraag de studenten wat ze geleerd hebben en welke onderdelen van de les hen het meest geholpen hebben.

Slide 19 - Tekstslide

Sluit de les af met een terugblik op de belangrijkste onderdelen van de les en vraag de studenten om feedback.
Bronnen
Geef de studenten een lijst met bronnen waar ze meer kunnen leren over het begrijpen van routebeschrijvingen.

Slide 20 - Tekstslide

Maak een lijst met nuttige bronnen, zoals boeken, websites en apps die de studenten kunnen gebruiken om meer te leren over routebeschrijvingen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 21 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 22 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 23 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.