In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Schoonmaakbeheer
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Herhaling
Schoonmaakprogramma's
Contact met schoonmaakbedrijf
Slide 2 - Tekstslide
Wat is een reden om schoonmaak uit te besteden?
A
Je weet precies wat schoonmaak kost
B
Je hebt zelf geen kennis van schoonmaak
C
Je vindt schoonmaak niet belangrijk
D
Het is goedkoper om het uit te besteden
Slide 3 - Quizvraag
Herhaling
Make or buy?
Kostenbewaking
Kostenbesparing
Prioriteiten
Expertise
Slide 4 - Tekstslide
Waar staat niet een schoonmaakbestek uit?
A
Juridische- en financiële voorwaarden
B
Schoonmaaktechni-sche indeling gebouw
C
Wijze van betaling
D
Programma van werkzaamheden
Slide 5 - Quizvraag
Herhaling
Schoonmaakbestek = programma van eisen naar inschrijvende bedrijven:
Juridische- en financiële voorwaarden en afspraken;
Schoonmaaktechnische indeling van het gebouw;
Programma van werkzaamheden
Slide 6 - Tekstslide
Iedere schoonmaker maakt een vast deel van het object schoon. Dit noemen we ook wel:
Specialistische taakverdeling
Geografische taakverdeling
Slide 7 - Poll
Noem vier dingen die invloed hebben op de kwaliteit van schoonmaak:
Slide 8 - Open vraag
Herhaling
De kwaliteit van schoonmaak is afhankelijk van:
Schoonmaakpersoneel
Schoonmaakbedrijf
Opdrachtgever
Gebruikers van het gebouw
Slide 9 - Tekstslide
Schoonmaakprogramma's
Slide 10 - Tekstslide
Leg in eigen woorden het verschil uit tussen een inspanningscontract en een resultaatgericht contract:
Slide 11 - Open vraag
Schoonmaakprogramma's
Inspanningscontract: een contract waarin bepaalde inspanning wordt vastgelegd
Resultaatgericht contract: een contract waarin het resultaat wordt vastgelegd
Slide 12 - Tekstslide
Schoonmaakprogramma's
Schoonmaakprogramma = werkrooster
Bestaat uit:
Object
Taak (meestal geografisch)
Datum (ivm mutaties)
Frequentie
Slide 13 - Tekstslide
Schoonmaakprogramma's
Object
Voorbeeld: ROC Nijmegen, locatie Campusbaan
Campusbaan 6 te Nijmegen
Taaknummer
Voorbeeld: Taak 1 = Begane grond, receptie, sanitair H en D, centrale hal en kantoor Directie
Slide 14 - Tekstslide
Schoonmaakprogramma's
Dagelijks onderhoud:
"Het verwijderen van droog, losliggend stof en vuil en licht aangekleefd vuil van horizontale vlakken tot reikhoogte, en vlekverwijdering van verticale vlakken tot reikhoogte."
Frequentie: 1 x per week of vaker
Slide 15 - Tekstslide
Wat is geen dagelijks onderhoud?
A
Tafelpoten reinigen
B
Prullenbak legen
C
Tafelblad afnemen
D
Stofwissen vloeren
Slide 16 - Quizvraag
Schoonmaakprogramma's
Tussenbeurten:
"Het verwijderen van matig aangekleefd vuil van horizontale en verticale vlakken, ook boven reikhoogte."
Frequentie: ongeveer 1 x per 4, 8 of 12 weken
Slide 17 - Tekstslide
Wat is geen voorbeeld van een tussenbeurt?
A
Bovenop de kast schoonmaken
B
Glasbewassing
C
Vloeren strippen en conserveren
D
Toiletten ontkalken
Slide 18 - Quizvraag
Schoonmaakprogramma's
Eindbeurten:
"Het geheel reinigen van een ruimte, met als doel alle vuil te verwijderen en eventuele beschermlagen te herstellen."
Frequentie: ongeveer 1 x per jaar tot 1 x per 5 jaar
Slide 19 - Tekstslide
Waarom wordt een eindbeurt niet vaker dan 1 x per jaar gedaan?
Slide 20 - Open vraag
Contact met schoonmaakbedrijf
Slide 21 - Tekstslide
Welke twee aspecten zijn belangrijk bij het behouden van het contract?