Uiteenzetting havo 3

Uiteenzetting - april
Les 1: uitleg uiteenzetting en beoordelen uiteenzettingen
Les 2: tekststructuren
Les 3: bronnen beoordelen
Les 4: Onderwerp en bronnen zoeken
Les 5 + 6: bouwplan
Les 7 + 8: eerste versie
Les 9: uitwisselen en beoordelen eerste versie
Les 10: definitieve versie
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Uiteenzetting - april
Les 1: uitleg uiteenzetting en beoordelen uiteenzettingen
Les 2: tekststructuren
Les 3: bronnen beoordelen
Les 4: Onderwerp en bronnen zoeken
Les 5 + 6: bouwplan
Les 7 + 8: eerste versie
Les 9: uitwisselen en beoordelen eerste versie
Les 10: definitieve versie

Slide 1 - Tekstslide

Les 1: maandag 19 april
  • Uitleg lessenserie en beoordelingsformulier (5 min.)
  • In tweetallen: bepaal aan de hand van het beoordelingsformulier of de uiteenzetting aan de criteria voldoet. Opdracht staat in Teams. (10 min.)
  • Bespreken: geef in LessonUp aan per onderdeel of het goed, voldoende of onvoldoende is (5 min.)
  • Uiteenzettingen beoordelen: lees en beoordeel in hetzelfde tweetal drie uiteenzettingen en vul de beoordelingsformulieren in. Welke is het best en waarom? Opdracht in Teams. (15 min.)
  • Noteer in de laatste slide aan welke twee criteria je zelf vooral wil werken bij het schrijven van je eigen uiteenzetting. (5 min.)




Slide 2 - Tekstslide

Wat vind je van de inleiding?
Goed
Voldoende
kan beter
onvoldoende

Slide 3 - Poll

Wat vind je van de deelonderwerpen?
Goed
Voldoende
kan beter
onvoldoende

Slide 4 - Poll

Hoe is het slot?
Goed
Voldoende
kan beter
onvoldoende

Slide 5 - Poll

Wat vind je van de spelling en zinsopbouw?
Goed
Voldoende
kan beter
onvoldoende

Slide 6 - Poll

Aan deze twee criteria wil ik, bij het schrijven van mijn eigen uiteenzetting, vooral werken.

Slide 7 - Open vraag

Les 2: dinsdag 20 april
  • Uiteenzettingen beoordelen: lees en beoordeel in tweetallen drie uiteenzettingen en vul de beoordelingsformulieren in. Opdracht in Teams. (15 min.)
  • Welke is het best en waarom? Noteer op de volgende slide. (5 min.)
  • Bespreken voorbeelduiteenzettingen (5 min.)
  • Bekijk het filmpje (zie slide 10 voor de link) en noteer welke verschillende tekststructuren een uiteenzetting kan bevatten. Zet deze vervolgens in slide 11. (10 min.)
  • Wat is een uiteenzetting? Omschrijf in eigen woorden in slide 12. (5 min.)

Slide 8 - Tekstslide

Welke uiteenzetting is het best en waarom? Leg uit per tweetal (noteer beide namen bij je antwoord)

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Video

Welke verschillende tekststructuren kan je tegenkomen in een uiteenzetting?

Slide 11 - Open vraag

Omschrijf in eigen woorden wat een uiteenzetting is.

Slide 12 - Open vraag

Les 3: donderdag 22 april
  • Terugblik voorbeelduiteenzettingen
  • Waar moet je op letten als je zoekt naar betrouwbare informatie? Noteer de verschillende criteria in LessonUp.
  • Bedenk een onderwerp dat je wellicht wil gebruiken voor je uiteenzetting (dit hoeft niet je uiteindelijke onderwerp te zijn. Het gaat slechts om een oefening). 
  • Ga op zoek naar bronnen over het onderwerp. Bekijk de eerste tien resultaten en noteer je bevindingen in een schema (zie opdracht Teams).

Slide 13 - Tekstslide

Waar moet je op letten als je zoekt naar betrouwbare informatie?

Slide 14 - Open vraag

Les 4: maandag 10 mei
Terugblik uiteenzettingen voor de vakantie. Wat weten jullie nog? Noem zoveel mogelijk wat je nog weet. (10 min.)
Drie onderwerpen bepalen: eerste onderwerp is het onderwerp waar je je uiteenzetting het liefst over schrijft. Tweede en derde onderwerp zijn reserveonderwerpen, mocht de eerste (en tweede) optie niet geschikt zijn. Ingeleverd? Geef een seintje, dan ga ik ze beoordelen.
Zijn de onderwerpen goedgekeurd? Ga op zoek naar geschikte bronnen.

Slide 15 - Tekstslide

Wat weten jullie nog over de uiteenzetting?

Slide 16 - Open vraag

Les 5: dinsdag 12 mei
Uitleg bouwplan en bronvermelding in de tekst
Ga verder met zoeken naar geschikte bronnen. Deze les wil ik ze uiterlijk hebben ontvangen, zodat ik ze kan goedkeuren. 
Heb je een GO? Dan kun je verder met het selecteren van de bruikbare informatie in je bronnen. Markeer wat je kunt gebruiken! 

Let op: maandag boektoets 3!

Slide 17 - Tekstslide

Les 6: dinsdag 18 mei
Uitleg bouwplan en bronvermelding
Heeft iedereen de bronnen ingeleverd en goedkeuring ontvangen?
Ga aan de slag met het schrijven van je bouwplan. Lever het voor het einde van de les in, zodat ik het kan goedkeuren. 
Donderdag ga je de uiteenzetting schrijven (eerste versie). Zorg ervoor dat je het volgende bij je hebt (op papier)
- bouwplan (moet eerst door mij zijn goedgekeurd!)
- bronnen
Als dat niet op orde is, mag je dus NIET beginnen met je uiteenzetting!

Slide 18 - Tekstslide

Bouwplan

Voordat je begint met schrijven is het erg handig als je een bouwplan maakt. Een
bouwplan is in principe het skelet van een tekst.

 In een bouwplan geef je
eerst aan wat je per alinea wilt bespreken.


Het bouwplan verschilt per tekst, omdat je je bouwplan aanpast aan je onderwerp en aan de
hoeveelheid alinea's en dergelijke. Nadat je een bouwplan als hiernaast hebt
gemaakt, kun je de onderwerpen waar je het over gaat hebben aan het bouwplan
toevoegen.




Voorbeeld van de basis van je bouwplan:

Alinea 1: inleiding

Alinea 2: kenmerken

Alinea 3: voorbeelden

Alinea 4: oorzaken en effecten

Alinea 5: slot





Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hoe te verwijzen?
  • Letterlijk overnemen zonder bronvermelding = plagiaat en heeft grote gevolgen
  • Verwijzen:
                 Volgens [...]
                 Onderzoek van [...] toont aan dat [...]

Slide 21 - Tekstslide

bronvermelding
Volgens APA-stijl. De APA-stijl is gemaakt door de American Psychological Association.









Slide 22 - Tekstslide

citeren en parafraseren
citeren = tussen haakjes letterlijk tekst uit bron overnemen. 
parafraseren = tekst uit bron in eigen woorden overnemen. 

Slide 23 - Tekstslide

“Een belangrijke uitkomst van het onderzoek is dat er een enorm verschil is tussen de generatie van grootouders, ouders en kinderen op het gebied van buiten spelen”, zegt Pauline van der Loo, afdelingshoofd bij Jantje Beton (NOS, 2018).
Terwijl bijna 70 procent van de opa’s en oma’s, en 65 procent van de ouders als kind meer buiten speelde dan binnen, geldt dit nu nog voor slechts 10 procent van de kinderen (NOS, 2018).

Slide 24 - Tekstslide

Bronvermelding - APA
In tekst:
De Caluwe en Schutter (2004) zeggen dat  straattaal niet alleen andere woorden heeft, maar ook een heel ander ritme.
Straattaal heeft niet alleen andere woorden, maar ook een ander ritme (De Caluwe & Schutter, 2004). 

Slide 25 - Tekstslide

Bronvermelding - lijst
De Caluwe, J., Schutter, A. (2004). De invloed van jongeren op taal. Gent: Academia Press.

Slide 26 - Tekstslide

Les 7: donderdag 20 mei
Tijdens deze les mag je je bouwplan nog inleveren! Lever je bouwplan in via Teams.

Na goedkeuring start je met het schrijven. Volgende les heb je hier ook nog de tijd voor. 


Slide 27 - Tekstslide

Elkaars betoog beoordelen
  1. Groepjes van 3-4. Online in breakout rooms
  2. Stuur je uiteenzetting naar de leerlingen die in je groepje zitten.
  3. Vul de beoordelingsformulieren in over de uiteenzettingen die je hebt ontvangen. 
  4. Mail de beoordelingsformulieren naar je groepsgenoten (met mij in de cc)
  5. Zorg ervoor dat je minimaal 15 minuten voor tijd de formulieren hebt opgestuurd en bespreek eventuele onduidelijkheden in de formulieren met elkaar. 

Slide 28 - Tekstslide