Examentraining Mens en Omgeving

EXAMENTRAINING
2023
Mens en Omgeving
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

EXAMENTRAINING
2023
Mens en Omgeving

Slide 1 - Tekstslide

Er zijn meerdere reinigingsniveaus. Zo is de operatiekamer van een ziekenhuis......
A
ruwschoon
B
huishoudelijk schoon
C
zakelijk schoon
D
smetschoon

Slide 2 - Quizvraag

Er zijn meerdere reinigingsniveaus. Zo is de zolder schoonmaken...
A
ruwschoon
B
huishoudelijk schoon
C
zakelijk schoon
D
smetschoon

Slide 3 - Quizvraag

Schoonmaakregels:
Werk van boven naar beneden?
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Werk van vies naar schoon?
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van droogschoonmaken
A
Servies afdrogen
B
Stofzuigen
C
Vegen
D
Stof afnemen

Slide 6 - Quizvraag

Wat gebruik je bij nat schoonmaken?
A
bezem, plumeau
B
bezem, kruimeldief
C
dweil, mop, schrobber, spons
D
handschoenen

Slide 7 - Quizvraag

Wat gebruik je bij droog schoonmaken?
A
stoffen, stofzuigen, vegen
B
schrobben
C
Dweilen, moppen
D
ramen zemen

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een milieuvriendelijk schoonmaakmiddel
A
Schoonmaakazijn
B
Chloor
C
Bleek
D
Allesreiniger

Slide 9 - Quizvraag


A
zeem
B
trekker
C
mop
D
plumeau

Slide 10 - Quizvraag


A
zeem
B
trekker
C
mop
D
schrobber

Slide 11 - Quizvraag

Hiernaast zien we het gevarensymbool van...
A
Bijtend (corrosief)
B
Giftig
C
Explosief
D
Mileu gevaarlijk

Slide 12 - Quizvraag

Hiernaast zien we het gevarensymbool van...
A
Giftig
B
Bijtend (corrosief)
C
Explosief
D
Licht ontvlambaar

Slide 13 - Quizvraag

Hiernaast zien we het gevarensymbool van...
A
Bijtend (corrosief)
B
Giftig
C
Mileu gevaarlijk
D
Irriterend

Slide 14 - Quizvraag

Wat is dagelijks onderhoud sanitair?
A
badkamer
B
woonkamer
C
vloer
D
toilet

Slide 15 - Quizvraag

Hoe kun je de was sorteren?
A
Op kleur en op materiaal
B
Op materiaal en op temperatuur
C
Op kleur en op maat
D
Synthetisch en natuurlijk

Slide 16 - Quizvraag

Wat lees je hier?
A
30 C wassen, niet strijken
B
Niet in de droger, warm strijken
C
Niet bleken, 30 C wassen, strijken
D
Stomerij, heet strijken

Slide 17 - Quizvraag