ww-spelling + gebiedende wijs herhaling klas 1 voor 2A3

Herhaling werkwoordspelling

Werkwoordspelling blijft terugkomen. 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Herhaling werkwoordspelling

Werkwoordspelling blijft terugkomen. 

Slide 1 - Tekstslide

Gebiedende wijs

Slide 2 - Tekstslide

Gebiedende wijs

Slide 3 - Tekstslide

Gebiedende wijs
  • De gebiedende wijs (gw) geeft een bevel aan. 
  • Bij de gebiedende wijs staat géén onderwerp.
                     Geef de pindakaas eens aan!
                     Betaal de overtreding onmiddelijk aan de politie!
  • De gebiedende wijs schrijf je als de ik-vorm tegenwoordige tijd.
                       Let eens wat beter op!
  • De zin begint altijd met dit werkwoord.

Slide 4 - Tekstslide

Gebiedende wijs
Nog 2 voorbeelden: 
Wijs op de kaart aan waar India ligt!
Raak je vrienden niet kwijt in die drukte.!


Slide 5 - Tekstslide

Hij (geloven, tt) mij niet.
A
gelooft
B
geloofd
C
geloofdt

Slide 6 - Quizvraag

Wat (vinden, tt) je van mijn nieuwe schoenen?
A
vind
B
vindt
C
vint

Slide 7 - Quizvraag

De jongens (ontmoeten, tt) elkaar op het voetbalveldje.
A
ontmoete
B
ontmoeten
C
ontmoette
D
ontmoetten

Slide 8 - Quizvraag

Als ik de takken (vasthouden, tt), dan kan jij ze bij elkaar binden.
A
vasthoudt
B
vasthoud

Slide 9 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

De (ontslaan) medewerker zoekt nu een nieuwe baan.

Slide 10 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

De rechtbank besloot beide verdachten tegelijk te (berechten)

Slide 11 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

Pak nu onmiddellijk je boek en (houden) je mond.

Slide 12 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

Gisteren (luiden, vt) de voorspelling nog regen en storm, maar nu schijnt de zon

Slide 13 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

Hardop (denken) liep Frits door het park.

Slide 14 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

Het (verbazen, tt) me steeds weer dat er altijd wat moois bloeit in hun tuin.

Slide 15 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

Dat er ook 's winters iets in de tuin bloeit, heeft me altijd (verbazen).

Slide 16 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

Ik antwoord graag op al jouw vragen. Antwoord is?

Slide 17 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

Het vliegtuig is op tijd geland. Geland is?

Slide 18 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

Het meisje liep zingend door de straat. Zingend is?

Slide 19 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

De gewonde man moest met spoed naar het ziekenhuis. Gewonde is?

Slide 20 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

Hij heeft mij ingelicht over de lastige zaak. Ingelicht is?

Slide 21 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

Hij vermoedde helemaal niks. Vermoedde is?

Slide 22 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

De verklede meisjes zagen eruit als clowns.Verklede is?

Slide 23 - Open vraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?
Zwemmend in het meer genoot hij van het mooie weer. Zwemmend is?

Slide 24 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:

de (verven) deur

Slide 25 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:

het (verzetten) werk

Slide 26 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:

de (verbreden) boulevard

Slide 27 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:

de (bespreken) toets

Slide 28 - Open vraag

pvtt of vd?

De relschopper belooft dat hij zijn gedrag verbetert.
verbetert is?

A
pvtt
B
vd

Slide 29 - Quizvraag

pvtt of vd?

Zij vinden dat ze wel een snoepje hebben verdiend.
Verdiend is?
A
pvtt
B
vd

Slide 30 - Quizvraag

Ik vond deze oefentoets
A
makkelijk
B
redelijk
C
lastig
D
moeilijk

Slide 31 - Quizvraag