2ha1 - mon style à moi (2)

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Moet je het 1e so inhalen?

Voca A / B

Zinnen C

Leren voor het 2e s.o. 16 feb:

Voca E/F

Zinnen G

• Tu as quel âge?
  
• Tu es en quelle classe?

• On va en ville ce weekend?
• Comment tu trouves ce jean / ce pull / ces chaussures / cette montre / ces boucles d'oreilles (oorbellen) / ce colier (ketting) ?
• Tu veux l'acheter ?
  

Traduis (vertaal):

1. Ik wil een ijsje.

2. Zij willen huiswerk.

3. Wij kunnen eten.

Traduis (vertaal):

1. Je veux une glace.

2. Ils/elles veulent les devoirs.

3. Nous pouvons / on peut manger

Van wie is deze tekst?

Het antwoord vul je straks in Lesson Up in.

Van wie is deze tekst?

Van wie is deze tekst?

Het antwoord vul je straks in Lesson Up in.

Van wie is deze tekst?

Van wie is deze tekst?

Het antwoord vul je straks in Lesson Up in.

Van wie is deze tekst?

Ga naar Padlet

1. Ga naar Padlet en zet jouw naam bij het stukje dat jij hebt geschreven.

2. Geef feedback (top/tip) aan iemand anders.

Schrijfopdracht : Mon style à moi

"je gaat in het Frans (5 zinnen) vertellen wat jouw kledingstijl is, en waarom jij je kleedt zoals jij je kleedt."

Eisen:

• Begin met een groet, vertel hoe je heet en in welke klas je zit.
  

• Minstens 4 kledingstukken noemen.
• Gebruik 4 verschillende werkwoorden.
• Benoem ook jouw kledingstijl          "modern/sportief/casual..."
• Sluit netjes af.
  

VERSIE 2

Exemple:

1. Bonjour, je m'appelle Leonie, j'ai vingt-deux ans et je suis un professeur de français.
2. Normalement je porte un jean noir, un pull noir, un colier et les chaussures de Guess.
   
3. J'aime bien mon style.
   
4. Mon style est assez modern et j'utilise Pinterest comme inspiration.
   
5. Et toi, c'est quoi ton style? Au revoir !