Bij veel vragen in het Engels maar ook in het Nederlands staat er een vraagwoord aan het begin van de zin. De vraagwoorden zijn:
Who - What - When - Where - Why - Which - How
Who - What - When - Where - Why - How:
Zijn vraagwoorden die je aan het begin van de zin zet.
Which:
Gebruik je als je een keuze moet maken tussen 2 dingen, dieren of dingen.
What - Who
Als what/who het onderwerp van een zin is hoef je geen do, does of did te gebruiken als hulp werkwoord.