De grote 'A Comer' quiz
1 / 26
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het Spaanse woord voor 'eten'?
Slide 2 - Open vraag
Wat is het Spaanse woord voor 'drinken'?
Slide 3 - Open vraag
Noem 3 Spaanse eetgewoonten
Slide 4 - Open vraag
el bocadillo de queso
el ajo
la zanahoria
el plato llano
la cafetera
la cerveza
Slide 5 - Sleepvraag
Noem 3 'primeros'
Slide 6 - Open vraag
Noem 3 'segundos'
Slide 7 - Open vraag
Noem 3 'postres'
Slide 8 - Open vraag
Noem 3 'bebidas'
Slide 9 - Open vraag
Noem zoveel mogelijk groenten
Slide 10 - Woordweb
Slide 11 - Woordweb
Noem zoveel mogelijk fruitsoorten
Slide 12 - Woordweb
Hoe vraag je: Wat wil je drinken/wat wilt u drinken?
Slide 13 - Open vraag
Hoe zeg je: Ik wil een tafel voor twee personen reserveren
Slide 14 - Open vraag
Hoe vraag je: Wil je een toetje/wilt u een toetje?
Slide 15 - Open vraag
Frutas
Verduras
la manzana
la pera
el melón
el melocotón
la fresa
la naranja
la zanahoria
la cebolla
el pimiento
el plátano
la piña
el aguacate
la lechuga
el pepino
el tomate
la seta
Slide 16 - Sleepvraag
Zeg dat je een glas bruiswater wilt
Slide 17 - Open vraag
Zeg dat je een koffie met melk wilt
Slide 18 - Open vraag
Bebidas frías
Bebidas calientes
el refresco
el café con leche
la infusión
el zumo de naranja
el vino tinto
la cerveza
el cortado
la sangría
el té helado
el americano
