U2- les 7 periode 1 aanwijzende vrnwd este/esta/estos/estas

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansWOStudiejaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

La clase de español de U2
  1. El objetivo de la clase:  je leert wat dit/deze is in het Spaans  en je begint met het schrijven voor je presentatie

Slide 2 - Tekstslide

Hoy en clase
  • La clase anterior
  • La preparación de la clase
  • los demostrativos de aanwijzende voornaamwoorden
  • escribir la presentación
  • evaluar
  • la preparación para la siguiente clase

Slide 3 - Tekstslide

 la preparación de la clase
(Persoonlijke zinnen, familie, alle lidwoorden, regels geslacht zelfstandige naamwoorden met de uitzonderingen, meervoud, uitgangen regelmatige werkwoorden, vervoegingen van ser en tener)
Verder het uiterlijk leren ned-Spa, Spa-ned van de bijlage van magister agenda
Bekijk het filmpje over bezittelijk voornaamwoord:
Spaans leren met Flip Spaans: bezittelijk voornaamwoord - YouTube
Bedenk over wie je de presentatie gaat houden.
(je gaat in deze les beginnen met het schrijven van je tekst in je schrift)
El físico.docx





Slide 4 - Tekstslide

vertaal de volgende woorden in je schrift (niet bije je aantekeningen)
1. Haar zussen
2. Mijn ouders
3. Mijn broers
4. Hun tante
5. Onze oma
timer
2:00

Slide 5 - Open vraag

Escribe en español 4 formas van een en tu cuaderno
timer
1:00

Slide 6 - Open vraag

Escribe en español 4 formas van het/de en tu cuaderno
timer
1:00

Slide 7 - Open vraag

De aanwijzende voornaamwoorden: dit, deze
este (dit/deze) chico
esta (dit/deze) chica
estos (deze) chicos
estas (deze) chicas

4 vormen en net als het bijvoeglijk naamwoord en de (on) bepaalde voornaamwoorden past het zich aan het zelstandig naamwoord
Aquí = hier

Slide 8 - Tekstslide

Escribir para tu presentación 1
  1. naam
  2. achternaam
  3. leeftijd
  4. verjaardag
  5. nationaliteit

Slide 9 - Tekstslide

Escribir para tu presentación 2
6. Geboorteplaats
(waar is hij/zij geboren?)
7. Woonplaats
(waar woont hij/zij?
8. familie
(wat is hij/zij van jou?)
9. Uiterlijk
(kleur ogen, haar, lengte, omvang?)
10. Karakter
(1 goede en slechte eigenschap)

Slide 10 - Tekstslide

Escribe en holandés wat je vandaag hebt geleerd.
timer
1:00

Slide 11 - Open vraag

La preparación para el jueves
(Persoonlijke zinnen, familie, alle lidwoorden, regels geslacht zelfstandige naamwoorden met de uitzonderingen, meervoud, uitgangen regelmatige werkwoorden, vervoegingen van ser en tener)
Verder het uiterlijk leren ned-Spa, Spa-ned van de bijlage van magister agenda
Leer de bezittelijke voornamwoorden uit je hoofd en hoe het werkt.
Spaans leren met Flip Spaans: bezittelijk voornaamwoord - YouTube
Leer de aanwijzende voornaamwoorden in het Spaans deze/dit (je aantekeningen)




Slide 12 - Tekstslide